„Bewaar het Pand voor velen tot zegen geweest”
WERKENDAM - „Bewaar het Pand heeft nooit een breekijzer in het kerkelijk leven willen zijn en is dat ook nooit geweest, integendeel. Wij willen niet anders dan van harte christelijk gereformeerd zijn - zowel christelijk als gereformeerd.”
De stichting Bewaar het Pand bestaat veertig jaar. Zaterdag werd een ontmoetingsdag gehouden in Werkendam, waar de voorzitter, emeritus predikant ds. M. Vlietstra uit Zeist, aangaf dat de jubilerende stichting niet uit is op een afscheiding. Bewaar het Pand wil opkomen voor de oude gereformeerde beginselen, aldus de christelijke gereformeerde predikant.Het is volgens hem belangrijk dat er evenwicht in de theologie is, omdat er anders zaken scheef gaan. „Het luistert nauw, je mag niet het één beklemtonen ten koste van het andere. Er moet aandacht zijn voor recht en genade, Wet en Evangelie, verkiezing en verantwoordelijkheid, hemel en hel, eis en belofte, een rijke Christus en een arme zondaar”, aldus ds. Vlietstra, die de openingstoespraak hield over de troost die de regering van God geeft aan gelovigen.
Karikatuur
Ds. L. W. van der Meij, christelijk gereformeerd predikant te Driebergen, stelde dat veel mensen een karikatuurbeeld van Bewaar het Pand hebben. Het beeld is dat van conservatief, lange, zware preken, wereldvreemd zijn, grote gezinnen, bestrijders van radio, televisie, open internet en van vernieuwingen in de kerkelijke liturgie.
Hij zag ook iets anders. „Bewaar het Pand is voor velen tot zegen geweest. Voor velen waren de Panddagen een oase en werd daar de geestelijke honger gestild.”
Ds. Van der Meij zei te hopen dat er mensen zijn die lust hebben in het leven naar Gods Woord. „Als de beleving in het hart is, blijft Bewaar het Pand misschien wel een oud kacheltje, maar gaat er toch warmte vanuit. Het zou dan wel eens gevaarlijk kunnen zijn om ermee te spotten, want je moet van Gods werk afblijven.”
Ontdekking
Ds. K. Hoefnagel, predikant te Katwijk aan Zee, vindt dat er veertig jaar na de oprichting van de stichting nog meer reden tot verontrusting is dan destijds. „Studenten en kandidaten krijgen voorgeschreven wat gezongen moet worden en hoe lang of beter hoe kort de preek moet zijn. Kandidaten van rechtse signatuur hebben daar moeite mee.”
De christelijke gereformeerde predikant hekelde ook het feit dat velen in zijn kerkverband niet meer spreken over bekering. Daarom sprak hij over het werk van de Heilige Geest. „De Heilige Geest ontdekt de zondaar aan zijn verloren bestaan. Die ziet de waarde van Christus pas tegen de donkere achtergrond van wie hij zelf geworden is.
Ontdekking doet altijd pijn, omdat het ingaat tegen de aanwezige hoogmoed. De ontdekte zondaar vraagt zich juist af of er voor zo iemand als hij wel vergeving is. Als hij om vergeving vraagt, is dat het werk van de Heilige Geest. De zondaar gelooft de vergeving pas als hij die van God Zelf hoort en dat geeft echte troost. Het is Christus’ eer hen te redden die niets anders hebben dan schuld. Zulken zien de schoonheid in Hem.”
Verval
Emeritus predikant ds. P. Roos merkte op dat er in veertig jaar veel veranderd is. Aan de hand van Hebreeën 10:32 („Doch gedenkt der vorige dagen”) liet hij zien hoe het mis kan gaan in een kerkverband. Eerst gaat het in het persoonlijke leven fout. Vervolgens tornt men aan de dogma’s en daarna komt het onderlinge meeleven onder druk te staan. Ten slotte worden de onderlinge bijeenkomsten nagelaten.
Ds. Roos ziet het verval ook in eigen kring. Hij wees op een verminderde geestelijke honger en een afgenomen onderlinge verbondenheid. Het kan veranderen, aldus de predikant, die aanspoorde om met vrijmoedigheid toe te gaan tot de Hogepriester Die er zelfs is voor zondaren die verhard en oppervlakkig geworden zijn.