„Zwangere moet minder werken”
RIJSWIJK - Zwangere vrouwen met stressvolle banen zouden vanaf het begin van hun zwangerschap niet langer moeten werken dan 24 uur per week.
Dat stelt prof. dr. G. Bonsel, hoogleraar sociale geneeskunde in het Academisch Medisch Centrum (AMC) in Amsterdam.Zijn voorlopige advies komt voort uit de eerste resultaten van het zogeheten ABCD-onderzoek, een langlopende, groot opgezette studie onder ruim 8200 vrouwen naar het verband tussen de leefgewoonten van zwangere vrouwen en de gezondheid van hun baby’s. De helft van de zwangeren is van buitenlandse afkomst.
De vrouwen deden mee aan een enquête waarbij zij vragen moesten beantwoorden over werkdruk, eetgewoonten, angsten en depressies. Bij ruim de helft werd ook bloed afgenomen. Dat werd onder meer onderzocht op het niveau van stresshormonen, vitaminen en vetzuren.
„Het heeft ons verbaasd en we hebben lang nagedacht of we het naar buiten moesten brengen, maar het is overduidelijk: vrouwen die 32 uur of meer werken en bovendien te maken hebben met stress, krijgen aanmerkelijk lichtere kinderen, met alle gevolgen van dien”, aldus Bonsel.
Uit het onderzoek komt naar voren dat het geboortegewicht van kinderen daalt naarmate de arbeidsduur van de zwangere toeneemt. Bij voltijds werkende zwangeren zonder stress ligt het gemiddeld 60 gram lager dan bij niet-werkende aanstaande moeders. „Komt daar stress bij, dan daalt het geboortegewicht met gemiddeld 150 gram”, aldus Bonsel.
Zwangere vrouwen met veel stress op het werk zijn volgens hem net zo slecht af als vrouwen die blijven roken. „Maar een deel van deze groep rookt ook nog. Dat geeft medisch gezien een onaanvaardbaar risico”, stelt Bonsel. Het vormt volgens hem ook een verklaring voor het feit dat het minder vaak goed gaat met zwangerschappen van allochtone vrouwen.
Volgens de Amsterdamse hoogleraar werkt zo’n 40 tot 45 procent van de aan het onderzoek deelnemende vrouwen gedurende de eerste drie maanden van de zwangerschap, en dan meestal tussen de 32 en 40 uur. „Bij 5 tot 10 procent is er sprake van hoge werkdruk in combinatie met veel stress.” Bonsel denkt dat deze percentages uit Amsterdam representatief zijn voor de randstedelijke zwangeren.
Op zich lijkt een verschil van 150 gram in geboortegewicht nauwelijks een probleem, maar volgens Bonsel is dat een misvatting. „Het gaat om gemiddelden. Dat betekent dat werkende zwangeren met een stressvolle baan vaker kinderen krijgen die veel lichter zijn. Dat gegeven staat los van de leeftijd van de moeder en het maakt ook niet uit of het om een eerste of een volgend kind gaat.”
De reden van het verschil in geboortegewicht is volgens Bonsel dat kinderen van werkende moeders met een stressvolle baan kennelijk minder voeding krijgen. De foetus probeert met deze relatieve schaarste zo efficiënt mogelijk om te springen en is gericht op een voortdurende toestand van voedselschaarste. Bonsel: „Er zijn aanwijzingen dat dit ook na de geboorte zo blijft. Zo’n kind kan dus sneller dik worden en loopt een verhoogde kans op bijvoorbeeld diabetes en hart- en vaatziekten.”
Zo komt bijvoorbeeld naar voren uit een Amerikaans onderzoek onder ruim 120.000 vrouwen die twintig jaar lang werden gevolgd dat een lichter geboortegewicht een groter risico geeft op hart- en vaatziekten en beroerte later in het leven.
Ook speelt werkstress een belangrijke rol bij het ontstaan van zwangerschapsvergiftiging, een ernstige aandoening die de gezondheid van zowel moeder als kind ernstig kan aantasten.
Helemaal stoppen met werken is volgens Bonsel niet nodig. „Uit onderzoek blijkt dat vrouwen die acht uur per week werken beter af zijn dan aanstaande moeders die thuiszitten. Maar er is een grens. Waar die precies ligt, weet ik nog niet. Daar wil ik graag nader onderzoek naar doen. Maar als je aan de veilige kant wil blijven, zeg ik: niet meer dan 24 uur per week.”
Uit de ABCD-studie, een onderzoeksproject waarin het AMC samenwerkt met de Amsterdamse GGD, kwam eerder al naar voren dat veel stress bij een zwangere de kans verhoogt op het krijgen van een huilbaby. Een tweede uitkomst was dat de medische zorg voor ongeboren baby’s slechter is naarmate de moeder slechter de Nederlandse taal beheerst.