Minister Verdonk (Vreemdelingenzaken) besloot begin maart om alle uitgeprocedeerde Iraanse asielzoekers weer uit te zetten. Ze baseerde zich daarbij op een ambtsbericht van het ministerie van Buitenlandse Zaken over de actuele situatie in het streng islamitische land. Een Kamermeerderheid was het daar niet mee eens en steunde de motie-Huizinga (CU), waarin op opschorting van het besluit werd aangedrongen. Verdonk gaf daaraan uiteindelijk gehoor.De opschorting geldt tot het moment dat de Kamer met de minister over de kwestie heeft gesproken. Dat is vanavond. De Kamer zal dan bij Verdonk aandringen op een nader onderzoek. Zolang dat niet is gebeurd, zouden er geen Iraanse christenen en homoseksuelen mogen worden uitgezet. Dat is het standpunt van in ieder geval CDA, PvdA, D66, CU en SGP. De VVD twijfelt nog.

De asielwoordvoerders van de fracties hebben vertrouwelijk inzage gekregen in de „enorme stapel” stukken die hebben geleid tot het ambtsbericht. Daarin staat dat de situatie in Iran voor christenen redelijk veilig is zolang ze hun geloof maar in stilte belijden.

De Kamer neemt het ook op voor homo’s. In Iran staat de doodstraf op homoseksuele geslachtsgemeenschap. Het afgelopen jaar zijn enkele mannen ter dood gebracht die als homoseksueel bekend stonden.

VVD-Kamerlid Visser zegt het antwoord van Verdonk te willen afwachten. De stukken die aan het ambtsbericht ten grondslag liggen, hebben hem niet overtuigd. Bronnen in het ambtsbericht spreken elkaar soms tegen, zo heeft hij vastgesteld.

Verdonk wijst er in een dinsdag aan de Kamer verzonden brief op dat algemene ambtsberichten zeer zorgvuldig tot stand komen. De recente suggestie van enkele kranten dat de ambtsberichten onbetrouwbaar zouden zijn, wijst ze samen met minister Bot van Buitenlandse Zaken van de hand. De Raad van State heeft volgens Verdonk herhaaldelijk gesteld dat ambtsberichten als deskundigenrapporten mogen worden beschouwd. Ook de rechter kan de onderliggende stukken inzien om te beoordelen of een ambtsbericht deugt.