Synode PKN akkoord met nieuwe universiteit
LUNTEREN - De Protestantse Kerk in Nederland (PKN) gaat haar drie predikantsopleidingen organisatorisch bundelen in één nieuwe universiteit: de Protestantse Theologische Universiteit (PThU). De PThU gaat op 1 januari 2007 van start.
Dat heeft de generale synode van de PKN, bijeen in Lunteren, vrijdag unaniem besloten. De afgevaardigden gingen akkoord met het rapport ”De stichting van de Protestantse Theologische Universiteit”, dat de basis vormt voor de verdere uitwerking van de PThU.De drie bestaande opleidingsplaatsen in Leiden, Utrecht en Kampen blijven gehandhaafd, zo blijkt uit het rapport. Met de stichting van de PThU passen de kerkelijke opleidingen in Utrecht en Leiden beter binnen de tegenwoordige opzet van het wetenschappelijk onderwijs (de zogenoemde bachelor-masterstructuur). Ook sluit de PKN met het instellen van één universiteit aan bij nieuwe regelgeving van het ministerie van Onderwijs en Wetenschap op het gebied van de inrichting en de bekostiging van wetenschappelijk onderwijs.
Het kerkverband heeft momenteel drie erkende predikantsopleidingen: de Theologische Universiteit Kampen (ThUK), het Theologisch Wetenschappelijk Instituut (ThWI) in Utrecht en Leiden en het Evangelisch-Luthers Seminarium (ELS) in Utrecht. In Kampen is sprake van een zesjarige kerkelijke predikantsopleiding (simplex ordo), in Leiden en Utrecht is nu nog sprake van een tweejarige opleiding, die aansluit op de vierjarige theologiestudie aan de rijksfaculteiten (duplex ordo). Deze tweejarige opleiding wordt nu omgezet in een volwaardige driejarige masterstudie, die volgt op de bachelorfase aan de rijksfaculteiten van Utrecht en Leiden. Simplex ordo en duplex ordo worden nu samen ondergebracht in de PThU.
Verder gaat ook het Theologisch Seminarium van de Protestantse Kerk (Hydepark), dat zich toelegt op de beroepsvorming van aanstaande predikanten en de bij- en nascholing van predikanten, deel uitmaken van de PThU.
De vorming van de PThU heeft de instemming van de ThUK, het ThWI en het ELS. De evangelisch-lutherse synode wil echter wel vastgelegd zien dat een van de leden van de raad van toezicht van de nieuwe universiteit wordt gekozen uit de lutherse leden van de kerk. Het moderamen zal zich verder over dit verzoek buigen, zegde scriba dr. B. Plaisier toe.
Tijdens de synodebespreking van het rapport zei mevrouw ds. K. van den Broeke uit Leiden bang te zijn dat studenten vooral naar de opleiding in Kampen zullen gaan, omdat de ThUK een volledige, eigen bachelor- en masteropleiding aanbiedt. Een amendement om uit te spreken dat de PKN „het van grote betekenis acht dat een substantieel aantal toekomstige predikanten zal blijven worden opgeleid in de brede academische context van een brede universitaire setting”, vond echter onvoldoende steun bij de synodeleden. Volgens ds. Plaisier komt in het rapport het belang van een dergelijke academische context duidelijk naar voren.
Diaken A. J. Heij uit Oude-Tonge en ds. P. Verhoeff uit Alkmaar stelden vragen over de positie van kerkelijke hoogleraren in de nieuwe PThU. In een reactie zei prof. dr. F. A. van der Duyn Schouten, voorzitter van de raad van toezicht van de predikantsopleidingen van de PKN, dat de huidige kerkelijke hoogleraren „gewoon” hoogleraar worden. Volgens hem is het aan de Gereformeerde Bond om te beslissen of zijn bijzonder hoogleraren zich vestigen aan een staatsuniversiteit of aan de PThU. „Dat is de keuze van de initiatiefnemende instantie.”
Drs. P. J. Vergunst, algemeen secretaris van de Gereformeerde Bond, zei desgevraagd dat de GB met de vorming van de PThU heeft gerekend. „We naderen een cruciale periode, nu prof. Verboom deze zomer 65 jaar hoopt te worden en prof. De Reuver begin 2007. In onze gedachtevorming zijn we met de toekomst van de leerstoelen al langere tijd bezig. We zoeken dáár terecht te komen waar de toerusting van aanstaande predikanten het best kan plaatsvinden. Het nieuwe van deze synodevergadering was voor mij de publieke uitnodiging van de PThU om een bijzondere leerstoel aan haar instituut te koppelen.”
De GB heeft op dit moment drie bijzonder hoogleraren: prof. dr. J. Hoek in Kampen, prof. dr. W. Verboom in Leiden en prof. dr. A. de Reuver in Utrecht. Omdat de generale synode besloot tot de oprichting van de PThU, moesten ook enkele kerkordelijke regelingen worden aangepast. Deze aanpassingen betreffen onder meer de oprichting van een universiteit waarin de huidige predikantsopleidingen van de kerk opgaan, en de aanpassing van de bestuurlijke structuur van de opleiding en de daarbij behorende bevoegdheidsverdeling tussen college van bestuur en raad van toezicht.
De synode ging, na enkele aanpassingen, unaniem akkoord met de voorgestelde wijzigingen van de kerkordelijke regelingen.