Zij luiden de noodklok in de het Twentse opinieweekblad De Roskam.Met voorzitter J. J. van der Burgh van de Kulturele Raad Rijssen (KRR) en bestuurslid D. Poortman van het Rijssens Museum was overeengekomen dat bij graafwerkzaamheden op historisch gevoelige plekken vooraf zorgvuldig onderzoek zou plaatsvinden naar eventuele overblijfselen.

Burgemeester B. Koelewijn en wethouder W. Stegeman (CDA) zeggen dat de afgesproken procedures altijd zijn gevolgd. „Er vindt onderzoek plaats op die locaties waar de kans op het vinden van oudheidkundige overblijfselen ook sterk aanwezig is. Is dat niet het geval, dan kunnen de werkzaamheden gewoon doorgaan.”

Van der Burgh is het echter volstrekt oneens met de huidige gang van zaken en heeft zijn beklag al gedaan bij de provinciale archeoloog mevrouw S. Wentink. „Als de gemeente geen archeologische vondsten verwacht, zoekt ze er ook niet naar. Logisch, als je voetstoots aanneemt dat het er niet is, is het er ook niet. En na de bulldozers kun je niemand meer tegenspreken”, zegt Van der Burgh nogal zuur.

De provinciale archeologische dienst neemt de klacht van Van der Burgh serieus en zal deze week rechtstreeks contact opnemen met burgemeester Koelewijn. Het hoofd van de dienst komt binnenkort ook op inspectie in Rijssen.

Van der Burgh wil „na meer teleurstellende ervaringen van de afgelopen tijd” de gemeente onder provinciale curatele stellen. „Na het schenden van de afspraken wordt dat ook door de provincie overwogen. Dat betekent dat er vaker inspecties worden uitgevoerd en sneller sancties worden opgelegd.”

Van der Burgh zegt zich ronduit onprettig te voelen en meer dan eens beetgenomen te zijn door gemeenteambtenaren.