„Ik heb geen moment overwogen om mijn ontslag aan te bieden”, zei Moberg tijdens een toelichting op het resultaat.Waar Ahold drie jaar geleden uitging van een jaarlijkse omzetgroei en brutowinstmarge van 5 procent voor de supermarktbedrijven, rekent het concern nu op een omzetgroei van 2,5 tot 3 procent. De winstmarge komt dan ergens tussen 4 en 4,5 procent uit.

„De situatie en de omstandigheden waren in 2003 heel anders dan nu”, aldus Moberg. Hij was de architect van het plan ”road to recovery”, ingezet na het boekhoudschandaal begin 2003. „Ik wil het bijstellen van de verwachtingen dan ook geen mislukking noemen. We hebben niet gefaald. De organisatie heeft het goed gedaan. Ik denk ook dat we de eerder gestelde doelen moeten kunnen realiseren. We hebben alleen niet genoeg snelheid gehad.”

De bestuursvoorzitter wil niet spreken van een winstwaarschuwing.

Ahold heeft een bewogen jaar gehad. Niet alleen zag het bedrijf hevige concurrentie in de verschillende markten, maar ook werd voor 1,1 miljard dollar een schikking getroffen met beleggers die gedupeerd zijn door het boekhoudschandaal.

Over het hele jaar realiseerde het concern een omzet van 44,5 miljard euro, een daling met 0,3 procent ten opzichte van 2004. Het bedrijfsresultaat daalde met 73 procent tot 248 miljoen euro.

„De concurrentie en de bedrijfskostendruk zijn groter geweest dan verwacht en de omslag is bij bepaalde bedrijven langzamer geweest dan gepland”, aldus Moberg. „De doelstellingen voor het Amerikaanse US Foodservice blijven ongewijzigd.”

Dat bedrijf moet dit jaar een winstmarge van ten minste 1,7 procent halen. In het vierde kwartaal van 2005 maakte de Amerikaanse dochter een verlies van 9 miljoen dollar (7,5 miljoen euro) tegen een winst van 27 miljoen dollar (22,5 miljoen euro) in dezelfde periode van 2004. Het verlies kwam vooral door extra herstructureringslasten.

US Foodservice levert voedingsmiddelen aan onafhankelijke restaurants, overheidsdiensten en horecabedrijven. Bij dit bedrijf werd tot 2003 voor bijna 1 miljard dollar gefraudeerd.

In Nederland deed Albert Heijn het goed. Het marktaandeel van de supermarktketen steeg met 0,9 procentpunt tot 26,8 procent. De supermarkt ontketende in 2003 een prijzenoorlog om klanten terug te winnen. Daartoe verlaagde de supermarkt de prijzen van duizenden artikelen.

Het bedrijfsresultaat van de zogenoemde Albert Heijn arena, waarin ook de resultaten van drogisterij Etos en drankenhandel Gall & Gall zijn verwerkt, daalde in het vierde kwartaal met bijna 17 procent tot 69 miljoen euro. De daling schrijft Ahold toe aan kosten in verband met de uitbesteding van automatisering.

Ahold wil het succesvolle model van Albert Heijn exporteren naar de Verenigde Staten. Daar ziet Ahold zich geconfronteerd met tegenvallende resultaten door de zware concurrentie, waaronder die van Wal-Mart. Het bedrijf hoopt met een herpositionering niet alleen marktaandeel te winnen, maar ook de winstgevendheid te vergroten.

Bij Stop & Shop/Giant-Landover zakte het bedrijfsresultaat in het vierde kwartaal met 25 miljoen dollar (20,8 miljoen euro) naar 187 miljoen dollar (156 miljoen euro). Giant-Carlisle/Tops bleef met een winst van 7 miljoen dollar (5,8 miljoen euro) in de plus. In het vierde kwartaal van 2004 was de winst nog 29 miljoen dollar (24,2 miljoen euro).