Canadese en Britse gijzelaars in Irak bevrijd
BAGDAD (ANP/DPA/RTR) – Drie westerse gijzelaars zijn donderdag in het westen van Bagdad bevrijd door naar verluidt vooral Britse commando’s en met hulp van Amerikaanse en Iraakse militairen en een gevangene. De Amerikaanse en Britse autoriteiten hebben dit donderdag bericht.
De drie, een 74–jarige Brit en twee jongere Canadezen, waren bijna vier maanden in handen van hun ontvoerders. Ze werden 26 november met nog een Amerikaan, Tom Fox, overmeesterd in Bagdad. Fox’ lijk werd eerder deze maand gevonden. Hij werd door de ontvoerders vermoord. De vier westerse slachtoffers van deze ontvoering waren lid van een groep vredesactivisten, de Christian Peacemaker Teams.De commando’s vonden de drie gebonden slachtoffers en hoefden bij de bevrijding geen schot te lossen. De ontvoerders, die zich de ’Zwaarden der Rechtschapenheid’ noemen, bleken niet in of bij het pand aanwezig.
De Amerikaanse en Britse autoriteiten wilden niet zeggen waar precies en hoe de operatie is uitgevoerd. Wel meldden ze dat de actie op gang kwam naar aanleiding van informatie van een man die de voorafgaande avond gevangen was genomen.
De 74–jarige Norman Kember maakte het naar omstandigheden goed, maar de twee Canadese vredesactivisten, de 32–jarige Harmeet Sooden en de 41–jarige Jim Loney, moesten in een ziekenhuis worden behandeld.
De Zwaarden der Rechtschapenheid eiste de verantwoordelijkheid op voor de ontvoering en beschuldigde de vier vredesactivisten van spionage. De ontvoerders eisten de vrijlating van alle Iraakse gevangenen in ruil voor hun gijzelaars.
Sinds drie jaar geleden de oorlog in Irak begon, zijn minstens 430 buitenlanders in het land ontvoerd, zei een Amerikaanse diplomaat eerder deze maand. Acht westerse personen worden momenteel in Irak vermist. Zo werd een Amerikaanse journaliste, Jill Caroll, 7 januari ontvoerd. Er zijn video’s met haar opgedoken die de indruk wekken dat de daders politieke motieven hebben.
Bij de ontvoering van twee Duitsers, de ingenieurs René Bräunlich em Thomas Nitzschke, wordt vermoed dat de daders enkel op losgeld uit zijn. De twee zijn vrijdag precies twee maanden geleden ontvoerd.
Voorts wordt aangenomen dat een Canadees van Iraakse origine, Rifat Mohammed Rifat (april 2004), een Amerikaan van Iraakse origine Aban Elias (mei 2004), een Amerikaanse zakenman van Libanese afkomst, Sadeq Mohemmed Sadeq (november 2004), een Braziliaanse ingenieur, Joao José Vasconcelos (januari 2005), en een Amerikaanse ondernemer, Jeffrey Ake (januari 2006), in Irak het slachtoffer zijn geworden van ontvoeringen. De meeste slachtoffers van deze misdaad zijn volgens waarnemers in Irak personen uit niet–westerse landen in het Midden–Oosten of Azië die voor losgeld werden ontvoerd.
Het Iraakse centrum van misdaadbestrijding was donderdag het doelwit van een terrorist die zich in zijn met explosieven beladen auto opblies. Zeker 25 mensen werden bij deze aanslag op het hoofdkwartier van de misdaadbestrijding in Bagdad gedood en 35 raakten gewond. De meeste slachtoffers waren politiemensen. Het was de bloedigste aanslag op de Iraakse politie van de afgelopen maanden. Eerder op donderdag waren al drie agenten gedood door een bomaanslag in de Iraakse hoofdstad.
In het zuidwesten van de stad ontplofte een autobom op een markt. Daarbij zijn zeker zeven mensen om het leven gekomen en tien gewond geraakt. Het doelwit was volgens de politie een passerende politiepatrouille.