„Iran doneert aan Islamitische Jihad”
JERUZALEM - Iran heeft de radicale Islamitische Jihad de afgelopen maand 1,5 miljoen euro gegeven om aanslagen op Israël mee te financieren. Dat heeft de Israëlische minister van Defensie, Shaul Mofaz, dinsdag beweerd. Iran zou ernaar streven de aanloop naar de Israëlische verkiezingen, die op 28 maart worden gehouden, te verstoren.
De Israëlische autoriteiten nemen met het oog op de verkiezingen strikte veiligheidsmaatregelen in acht. Israëlische commando’s hielden dinsdag op de weg tussen Jeruzalem en Tel Aviv een bestelbus met explosieven en tien verdachten aan. Aangenomen moet worden dat daarmee een aanslag is voorkomen.De aanhouding, bij het knooppunt Latrun, vormde de climax van een vijftien minuten durende achtervolging, compleet met sirenes, helikopters en zwaarbewapende commando’s op motoren. Het verkeer op de autoweg kwam ruim een uur stil te liggen.
Agenten dwongen de tien inzittenden met hun gezicht naar beneden in een veld te gaan liggen en zich tot op hun ondergoed uit te kleden. Een van de verdachten zou behoren tot de Islamitische Jihad, die in het afgelopen jaar herhaaldelijk aanslagen uitvoerde en zich niet gebonden acht aan enig bestand. Hij zou afkomstig zijn uit Yamoun, een dorp op de Westelijke Jordaanoever, dat in het weekeinde het toneel was van een mislukte operatie van het Israëlische leger In de bestelbus werd een tas met 7 kilogram explosieven aangetroffen.
De verijdelde aanslag kan ook verband houden met een Israëlische overval op een Palestijnse gevangenis, vorige week, op de Westelijke Jordaanoever. Daarbij werden zes door Israël gezochte Palestijnen opgepakt.
Een succesvolle aanslag had vergaande consequenties voor de verkiezingen van 28 maart kunnen hebben. De partij Kadima, die in de peilingen aan de leiding gaat, wordt er door haar radicalere rivalen van beschuldigd te veel concessies te doen aan de Palestijnen.
De Israëlische autoriteiten stelden met het oog op de verkiezingen een inreisverbod voor Palestijnen in. Ook werd twee maanden geleden het goederenvervoer via de grensovergang Karni in de Gazastrook aanzienlijk beperkt, waardoor in de Gazastrook een tekort aan meel en zuivelproducten ontstond. Maandag werd de overgang deels opengesteld, maar ging hij na ongeveer een halfuur alweer dicht. Vandaag ging hij opnieuw open.
Ongeveer de helft van de 730.000 bewoners van de Gazastrook is afhankelijk van voedseldistributie. VN-medewerkers zeiden dat slechts ongeveer 10 procent van de capaciteit van Karni dinsdag kon worden benut. Palestijnen beschuldigen Israël ervan de Karniovergang te sluiten in verband met de verkiezingszege van de Hamas in januari.
De Verenigde Naties vinden de beperkte openstelling van de grensovergang Karni tussen Israël en de Gazastrook onvoldoende. Volgens de VN is de voedselstroom „volstrekt ontoereikend” om een humanitaire crisis in Gaza te voorkomen.
Israël opende dinsdag de grensovergang voor vrachtwagens. Circa tien trucks met voedsel reden Gaza binnen. Een dag eerder sloot het Israëlische leger de grenspost, waar alleen handelsverkeer langskomt, al na iets minder dan een uur uit veiligheidsoverwegingen.
„De grensovergang Karni werkt slechts op 10 procent van zijn capaciteit”, zei John Ging, de chef van de VN-organisatie voor Palestijnse vluchtelingen in Gaza. „De impact is volstrekt ontoereikend. Hiermee kan niet aan de behoeftes van de bevolking worden voldaan.”
Ging hoopt dat de voedselsituatie in de Gazastrook nu zal verbeteren, maar voegde eraan toe dat de VN de herhaaldelijke sluiting van Karni door Israël „onacceptabel” vinden. „Ik ben optimistisch, maar mijn boodschap is helder: dit is onvoldoende”, aldus Ging.
De Karniovergang is sinds januari bijna continu door Israël gesloten. Volgens het Israëlische leger gebeurt dat om aanslagen te voorkomen. Palestijnen menen echter dat Israël de bevolking wil straffen, omdat zij bij de verkiezingen onlangs massaal voor Hamas heeft gestemd.