Theologie scoort in Nederland goed
UTRECHT - Het theologisch onderwijs in Nederland scoort voldoende tot goed. Dat is de kern van het donderdag verschenen rapport ”Godgeleerdheid” van de onderwijsvisitatie van de stichting Quality Assurance Netherlands Universities
(QANU). Het omvangrijke rapport is onderdeel van de kwaliteitsbeoordeling van universitaire bachelor- en masteropleidingen in Nederland. Het doel van het rapport is om een beeld te geven van de resultaten van de opleidingen en een terugkoppeling te geven naar de interne kwaliteitszorg van de betrokken organisaties. QANU wil een onafhankelijke, objectieve en kritische beoordeling geven.
Het rapport van de commissie noemt de snelheid en het gemak waarmee Nederlandse theologische instellingen hun onderwijs hebben ontwikkeld en gedifferentieerd opvallend. Geconstateerd wordt dat de ontkerkelijking van de moderne samenleving niet geleid heeft tot het volledig verdwijnen van religie uit de publieke sfeer.
De universiteiten van de Christelijke Gereformeerde Kerken te Apeldoorn en van de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt te Kampen kunnen zich volgens het rapport goed meten met andere onderwijsinstellingen. Beide universiteiten bevinden zich in een vergevorderde ontwikkeling: van een simplex ordo-opleiding voor uitsluitend het predikantschap in een gemeente van de eigen kerk, naar een wetenschappelijke theologische opleiding die ook competent maakt voor andere beroepsgroepen in kerk of maatschappij. „Het wekt geen verbazing dat beide instellingen in deze fase van ontwikkeling zijn gaan samenwerken.”
Hoewel de genoemde ontwikkeling door beide instellingen goed ter hand is genomen, stelt de commissie ook vast dat alternatieve studieroutes grondiger uitgebouwd moeten worden.