De Indiase politie heeft woensdag een man doodgeschoten die verdacht wordt van betrokkenheid bij de bomaanslagen. De politie doodde de man bij een schietpartij in Lucknow, ongeveer 300 kilometer ten noorden van Varanasi. Bij de verdachte werd 2,5 kilo springstof gevonden. Het persbureau PTI omschreef de man als vermeend lid van de islamitische militante groep Lashkar-e-Taiba, die vecht tegen Indiaas bestuur in de omstreden regio Kasjmir.De eerste bom ontplofte bij de Sankat Mochantempel, een van de belangrijkste hindoeheiligdommen van het land. Hier was op dat moment volgens ooggetuigen een huwelijksceremonie aan de gang. Bij het hoofdstation van de miljoenenstad ontplofte een bom in een volle lijnbus naar de hoofdstad New Delhi.

De politie vond ook twee bommen bij een restaurant aan de oever van de Ganges. Die stonden op scherp, maar waren nog niet ontploft.

Premier Singh heeft in een reactie opgeroepen tot kalmte. Na de ontploffingen voerden de autoriteiten bij hindoetempels in het hele land de beveiliging op, uit angst voor nieuw religieus geweld. Uit protest tegen de aanslagen riepen hindoe-organisaties op tot stakingen.

De meeste aanslagen op hindoeheiligdommen zijn in het verleden gepleegd door militante moslims. Islamieten vormen in India met 13,4 procent van de ruim 1 miljard inwoners een belangrijke minderheid.

In oktober kwamen 66 personen om door drie bomaanslagen op markten in New Delhi. Twee jaar eerder doodden gelijktijdige aanslagen met autobommen zestig mensen in Bombay. Ook in de staat Uttar Pradesh, waar Varanasi ligt, kwam het de afgelopen jaren regelmatig tot geweld. Veertien jaar geleden kostten rellen in de stad Ayodhya 2000 mensen het leven, nadat een woedende menigte er een moskee had bestormd die op de plaats van een oude hindoetempel was gebouwd.

De bewaking van heilige plaatsen in India is woensdag opgevoerd.