Slavernijmonument tumultueus onthuld
Eigenlijk werd het slavernijmonument in het Amsterdamse Oosterpark maandag pas na de officiële plechtigheid onthuld.
Honderden mensen die achter de hekken hadden moeten wachten, namen bezit van het monument en zongen liederen. Liederen die hun voorvaderen zongen toen de ketenen 139 jaar geleden, bij de afschaffing van de slavernij, werden losgebroken: Keti koti.
De officiële plechtigheid van de onthulling van het Nationaal Monument Slavernijverleden verliep tumultueus. Terwijl koningin Beatrix voor zich uit bleef kijken, klonk achter haar een fel protest.
Het waren de honderden Surinamers, Antillianen en Afrikanen die kort daarvoor in de feestelijke Bigi Spikri-parade naar het Oosterpark waren getrokken. Op het moment suprême moesten ze op ruime afstand achter hekken met zwart plastic wachten. De bewaking had de grootst mogelijke moeite om de mensen tegen te houden. Ze wilden door de hekken breken om de plechtigheid bij te wonen.
Ondertussen hielden minister Van Boxtel van Integratie, de Surinaamse minister Van Rossum en B. Biekman, voorzitter van het Landelijk Platform Slavernijverleden, toespraken. Ze haalden de rol van Nederland aan in de geschiedenis van de slavernij. Een rol die onmiskenbaar is, zei Van Rossum.
Hij haalde het verschil aan tussen vrij zijn en vrijheid beleven. „Na 1863 waren de slaven weliswaar vrij, maar de maatschappij hield geen enkele rekening met hun wensen. Dit werkt nog altijd na in de huidige samenleving”, aldus Van Rossum.
Tegen 17.00 uur kon eindelijk iedereen bij het monument van ”Verleden, heden en toekomst” van de Surinaamse kunstenaar Erwin de Vries. De mensen wurmden zich door de hekken, maar anderen riepen juist op niet naar het monument te gaan. Zij vinden dat Nederland zich er met een monument makkelijk van afmaakt.
Van Boxtel mag dan namens de regering zijn diepe spijt over het slavernijverleden hebben betoond -hij herhaalde die woorden maandag-, voor sommigen is dat niet genoeg. De Koningin zou vergeving moeten vragen, Nederland zou schadevergoeding moeten betalen aan de nazaten van de slaven en er moet een mooier monument komen op een betere plek.
Van Boxtel maakte zich jarenlang hard voor de komst van het slavernijmonument. Hij kan niet zoveel met de kritiek. Hij overlegde met tal van belangenorganisaties, maar het iedereen naar de zin maken lijkt onmogelijk. Ook dat alleen genodigden bij de plechtigheid aanwezig konden zijn, was van tevoren doorgesproken. Een kwestie van capaciteit en openbare orde.