Ozb en de zucht naar rijkdom
Vandaag kreeg ik het aanslagbiljet voor de ozb in huis. En? Jawel, de rekening viel bijna 400 euro lager uit omdat het gebruikersdeel is vervallen. Moet ik nu dankjewel zeggen aan minister Zalm, die als een Don Quichot de ozb bevecht?
No way. En waarom dan wel niet? Omdat de ozb zo’n mooi voorbeeld is van een belasting waar ook de rijken niet omheen kunnen. Immers, hoe hoger de waarde van het huis, hoe hoger de ozb. Dat hadden de Romeinen al goed begrepen. Zij baseerden hun belastingstelsel op het bezit van onroerend goed. En ik denk dat ook in onze samenleving daar nog goede redenen voor zijn.Een mooi huis is iets wat de meesten onder ons hogelijk waarderen. Een huis biedt allereerst wooncomfort en voorziet daarmee in primaire behoeften van een dak boven ons hoofd, beschutting tegen regen en wind, een plek waar wij ons veilig weten en waar wij vorm kunnen geven aan ons gezinsleven. Misschien wel veel belangrijker is dat het bezit van een schitterend huis een van de meest effectieve methoden is om anderen te laten zien hoe succesvol wij zijn en hun waardering te winnen.
Sympathie
Volgens Adam Smith wordt ons ploeteren en streven naar rijkdom niet zozeer ingegeven door de materiële behoeften die wij daarmee denken te vervullen. Daarvoor is een modaal loon al ruim voldoende. Nee, veeleer gaat het erom de aandacht en de sympathie van anderen te verwerven. Mensen hebben namelijk volgens Adam Smith de akelige eigenschap om meer sympathie te hebben voor de gevoelens van de rijken dan voor de gevoelens van de armen.
Ethisch gezien is dit een foutje van de menselijke natuur. Maar toch ook weer niet, volgens Adam Smith. Want doordat mensen van nature meer begaan zijn met het lot van de rijken, hebben allen die verlegen zijn om de sympathie van anderen een prikkel om hun levensomstandigheden te verbeteren. Daar is het ons om te doen: waardering te ontvangen van onze vrienden en familie. En wat is zichtbaarder dan een mooi huis? Hoe rijk je ook bent, daar kun je geen genoeg van krijgen. Het vermogen dat je door de aanschaf van een villa, landgoed of kasteel zichtbaar kan maken, is haast ongelimiteerd.
Omdat het huis zo’n belangrijk statusgoed is, is het zo’n mooi object om belasting over te heffen. Allereerst omdat de belasting moeilijk te ontwijken valt. Terwijl de toptarieven van de inkomstenbelasting nog via allerlei trucs ontweken worden, is het ondoenlijk om een schitterend woonhuis onzichtbaar te maken voor de Belastingdienst. En rijker willen worden door belastinggeld uit te sparen door in een eenvoudig huis te gaan wonen, schiet zijn doel voorbij. Immers, hoe kun je dan aantonen dat je werkelijk rijk en succesvol ben? Met een eenvoudig huis is dat volstrekt ongeloofwaardig. Rijkdom geeft alleen plezier als je het kan laten zien.
Fooitje
Een belangrijkere reden voor het belasten van een statusgoed als een huis is dat de concurrentie om dit soort goederen schadelijk is voor het welzijn van mensen. Volgens de economische theorie genereren statusgoederen namelijk zogenaamde negatieve externe effecten. Zij geven alleen bevrediging voor zover de status ervan hoger is dan die van de goederen van anderen met wie ik mijzelf vergelijk.
Dit impliceert dat als ik een groter huis koop, ik schade breng aan het geluk van de mensen in mijn referentiegroep. Na mijn trotse bezichtiging voelen zij zich op slag ongelukkiger, omdat zij ineens beseffen dat zij maar een armzalig kleine woning hebben die maar een magere indruk maakt op anderen. Om dit effect tegen te gaan, schrijft de economische theorie voor dat statusgoederen belast moeten worden. Dat remt de concurrentie om dit soort schadelijke goederen en bevordert dat mensen hun tijd en energie meer gaan besteden aan zaken die werkelijk het menselijk geluk bevorderen zonder dat het ten koste gaat van anderen.
Tot slot zie ik nog een derde reden waarom het verminderen van de ozb onwenselijk is. En dat is dat het huisbezit al zo fiscaal bevoordeeld wordt. Allereerst door de hypotheekrenteaftrek. Daardoor betaalt het Rijk in mijn geval voor ruim 50 procent mee aan de rentekosten. Maar ook omdat het vermogen dat men investeert in het eigen huis vrijgesteld is van Box 3. Dat scheelt in mijn geval het tiendubbele van het gebruikersdeel van de ozb. Daarbij vergeleken is het huurwaardeforfait een fooitje aan het Rijk. Door die gunstige fiscale behandeling is de waarde van mijn huis ook nog eens ongeveer verdubbeld in de laatste tien jaren. Daar valt niet tegenop te sparen voor niet-woningbezitters.
Asociaal
Natuurlijk kan men daar het nodige tegen inbrengen. Zoals dat een hoge ozb rijken doet uitwijken naar onze buurlanden (misschien kunnen wij de hypotheekrenteaftrek voor die woningen beter helemaal afschaffen) en dat bevordering van het eigenwoningbezit ten goede komt aan de zorg die mensen aan hun woning en woonomgeving besteden. Dat zal zeker zo zijn, maar toch… Het blijft asociaal, een ozb-loos belastingparadijs!
De auteur is hoogleraar economie, onderneming en ethiek.