Leidinggevende ambtenaren delen die opvatting, zo blijkt uit onderzoek van de Radboud Universiteit Nijmegen. Volgens de onderzoekers zijn lokale bestuurders en hoge ambtenaren vooral met elkaar bezig. Pogingen om de kloof tussen bevolking en politici te dichten zijn tot nu toe niet gelukt.Van de politici vond 45,5 procent problemen binnen het lokale bestuur het belangrijkste conflict in deze raadsperiode. Vier van de tien ondervraagden gaven ruzie binnen de gemeentelijke organisatie aan als belangrijkste probleem. Verder noemt 27,7 procent de gemeentelijke financiën erg belangrijk.

Veiligheid is slechts voor 12,3 procent het zwaarste probleem. Minderheden en bestuurlijke integriteit halen maar een paar procent.

Meer dan 80 procent van de ondervraagden zoekt elkaar op voor advies en steun, zo blijkt uit het onderzoek. Slechts zelden gaan plaatselijke bestuurders of hoge ambtenaren te rade bij maatschappelijke groeperingen. Die houding is in de laatste tien jaar nauwelijks veranderd.

De Nijmeegse onderzoekers constateren dat er sinds 1989 tal van hervormingen zijn doorgevoerd om de kloof tussen bevolking en politiek te dichten, zoals de invoering van referenda, dualisme en decentralisatie van het beleid. Maar die veranderingen hebben er vooral voor gezorgd dat men zich binnen het gemeentehuis zeer is gaan richten op veranderingen als zodanig en op de onderlinge verhoudingen. Het doel van de hervormingen, namelijk het dichten van de kloof, is uit het oog verloren, aldus de onderzoekers.