Paus vraagt respect bij behandeling embryo
VATICAANSTAD - Embryo’s die worden gemaakt voor in-vitrofertilisatie hebben dezelfde rechten als pasgeborenen en volwassenen, zelfs als ze nog niet zijn ingebracht in de baarmoeder.
Dat zei paus Benedictus XVI maandag op een bijeenkomst van leden van de Pauselijke Academie voor Leven. De Rooms-Katholieke Kerk verwerpt iedere vorm van bevruchting „die niet voortkomt uit de liefdevolle vereniging tussen man en vrouw.” Het Vaticaan is daarom tegenstander van in-vitrofertilisatie.De Rooms-Katholieke Kerk is ook afkerig van de wijze waarop met menselijk leven wordt omgesprongen. In het ivf-proces worden namelijk meerdere embryo’s gegenereerd die ofwel in de baarmoeder terechtkomen ofwel worden ingevroren (cryopreservatie). Embryo’s die te weinig kwaliteit vertonen, zijn niet ’bruikbaar’ en worden weggegooid. Ook komt het voor dat embryo’s worden gebruikt voor wetenschappelijke experimenten.
De paus herhaalde het standpunt van de kerk dat het leven begint bij de conceptie en dat het vanaf dat moment met respect behandeld moet worden. In de pauselijke encycliek Evangelium Vitae uit 1995 werd deze visie al uiteengezet, maar de kwestie van de status van de embryo voor de implantatie kwam daarin niet aan bod.
Volgens Benedictus moet er geen verschil zijn tussen een embryo voor of na de implantatie. „De liefde van God maakt geen onderscheid tussen de net verwekte, nog in de baarmoeder, en de baby, het kind, de volwassen man, of de oude man”, zei hij.
Maandag en dinsdag vond in Vaticaanstad ter gelegenheid van de twaalfde assemblee van de Pauselijke Academie voor het Leven een internationaal congres van wetenschappers, medici en ethici plaats. Het congres handelt over het menselijk embryo voordat het in de baarmoeder wordt geïmplanteerd. Een van de sprekers is medisch ethicus en moraaltheoloog dr. W. Eijk, tevens bisschop van Groningen. Dat meldt Katholiek Nederland op zijn website.