Europa verbiedt loszittende kinderen in auto
APELDOORN - Kinderen kleiner dan 1,35 meter mogen niet langer los in de auto zitten, maar moeten in een goedgekeurd en passend autostoeltje. Daarbij komt dat een driepuntsgordel niet langer als heupgordel mag functioneren. De nieuwe Europese regelgeving rond het vervoer van kinderen, die woensdag ingaat, vergroot de veiligheid aanzienlijk, aldus stichting Consument en Veiligheid.
Het lijkt goed gesteld met de bescherming van autopassagiers. Kreukelzone, kooiconstructie, airbag en gordel hebben de veiligheid binnen behoorlijk verhoogd. Probleem is echter dat de laatste voorziening ontworpen is voor volwassenen. Kinderen hebben er veel minder aan en baby’s al helemaal niet. Daarom gelden vanaf woensdag strengere regels in Europa voor het vervoer van kinderen in de auto.De eisen komen er kort gezegd op neer dat kinderen kleiner dan 1,35 meter in een goedgekeurd kinderzitje vervoerd dienen te worden. Dat stoeltje moet zijn voorzien van het Europese keuringslabel ECE R44/04 of ECE R44/03. Volwassenen en kinderen groter dan 1,35 meter moeten de autogordel om en mogen zo nodig een zittingverhoger gebruiken. Deze zorgt ervoor dat het diagonale deel van de autogordel niet langs de hals, maar over de borst en het sleutelbeen loopt en dat de heupgordel zich niet op de buik, maar op de heupen bevindt. Het vervoer van kinderen op een zitplaats met een airbag ervoor blijft verboden, tenzij de luchtzak is uitgeschakeld.
Zoals bij elke wet bestaan er ook bij deze enkele uitzonderingen. Als er meer passagiers dan gordels zijn, bijvoorbeeld, mogen kinderen groter dan 1,35 meter en volwassenen los op de achterbank zitten, zolang de aanwezige gordels maar door andere passagiers worden gebruikt. En als op de achterbank al twee kinderzitjes in gebruik zijn, en er geen plaats is voor een derde, mag een kind vanaf 3 jaar op de overgebleven zitplaats de gordel omdoen.
De wetgever heeft ook een uitzondering bedacht voor „incidenteel vervoer over beperkte afstand.” Van ouders en pleegouders wordt verwacht dat ze voor hun eigen kind een zitje in de auto hebben, maar er rijden ook wel eens andere jeugdige passagiers mee. Voor hen is niet altijd een kinderzitje aanwezig. In dit soort gevallen mogen op de achterzitplaatsen kinderen vanaf 3 jaar -maar niet het eigen kroost- volstaan met het gebruik van de gordel.
In bussen en op de achterbank van een taxi is een kinderzitje niet verplicht. Kinderen vanaf 3 jaar en volwassenen moeten dan de gordels gebruiken, voor zover aanwezig, en kinderen jonger dan 3 jaar mogen los worden vervoerd.
Stichting Consument en Veiligheid denkt dat de nieuwe regels de veiligheid van kinderen aanzienlijk vergroten. „Autostoeltjes minimaliseren de ernst van letsels meer dan wanneer kinderen gordels voor volwassenen gebruiken. Het gebruik van autostoeltjes beperkt het aantal ernstige letsels in achterwaarts gerichte stoeltjes met ongeveer 90 procent ten opzichte van autogordels en in voorwaarts geplaatste stoeltjes met ongeveer 60 procent ten opzichte van autogordels”, aldus een woordvoerder.
Kinderen die helemaal niet vastzitten, zijn nog slechter af, blijkt uit botsproeven. Tijdens het optrekken bouwt een auto bewegingsenergie op, die bij een botsing in één klap vrijkomt. Al bij een snelheid van 50 kilometer per uur gebeuren er dramatische dingen. Ma met een 10 kilo zware baby op schoot kan de spruit onmogelijk vasthouden, want die 10 kilo is opeens dik verviervoudigd. Rijdt de wagen twee keer zo hard, dan zijn de krachten die op de inzittenden werken niet twee, maar vier keer zo groot.
Het ministerie van Verkeer en Waterstaat voert op het moment campagne om de nieuwe regelgeving voor het vervoer van kinderen in de auto bekend te maken. Deze is onderdeel van de bestaande actie ”Daar kun je mee thuis komen”. Op de site van het ministerie van Verkeer en Waterstaat (www.kinderzitjes.nl) is informatie over de nieuwe wet te lezen. Tevens geeft die antwoord op de vraag welk zitje voor welk kind geschikt is.
Op de website van Consument en Veiligheid (www.veiligheid.nl) biedt Goochem het gordeldier een meetlint aan. Wie hierop de lengte en het gewicht van een kind invult, ziet welke stoel of verhoger voor zijn situatie geschikt is.