Rechtszaak om naam HNHK stap dichterbij
UTRECHT - De Protestantse Kerk in Nederland (PKN) heeft per brief aan de Hersteld Nederlandse Hervormde Kerk (HNHK) gevraagd wie hen in rechte vertegenwoordigt. Een rechtszaak om de naam lijkt daarmee weer een stap dichterbijgekomen.
Dat heeft de interim-woordvoerder van de PKN, P. Hollaar, desgevraagd bevestigd. „Wij hebben het moderamen van de HNHK verleden week laten weten wat wij vinden van het besluit dat de synode zich niet houdt aan de naamsovereenkomst die wij in augustus 2004 gesloten hebben. Dat kunnen we niet accepteren.”Het feit dat de PKN nu aan de HNHK vraag wie hen in rechte vertegenwoordigt, kan gezien worden als een logische stap om uiteindelijk te komen tot het dagen van de tegenpartij in een rechtszaak.
De woordvoerder van de Protestantse Kerk, die wil bevestigen noch ontkennen dat het uiteindelijk tot een proces komt, zegt dat het voor de PKN de voorkeur heeft om door onderlinge besprekingen deze zaak op te lossen. „Dat hebben we in het verleden ook al geprobeerd en we dachten dat we daarin geslaagd waren door de gesloten overeenkomst.
Maar zoals het nu gaat, kan het niet. Wij merken nu al dat mensen die niet zo ingevoerd zijn in kerkelijke zaken er niets meer van begrijpen. En het is juist die verwarring die we door de gesloten naamsovereenkomst wilden voorkomen.”
De synode van de Hersteld Hervormde Kerk besloot op 28 januari definitief de naamsovereenkomst met de PKN af te wijzen. Vervolgens werd besloten terug te keren naar de oude werknaam Hersteld Nederlandse Hervormde Kerk. Het moderamen van de HNHK kondigde aan zich op de naamskwestie te gaan bezinnen en mogelijk in april al met een nieuw voorstel in de generale synode van het kerkverband te komen.