Deense parlementsleden willen onderzoek naar cartoonkwestie
KOPENHAGEN - De Deense Volkspartij en de sociaaldemocraten hebben woensdag beide aangedrongen op een onderzoek naar een reis naar het Midden-Oosten door een Deense moslimorganisatie die verantwoordelijk wordt gehouden voor het aanwakkeren van de woede over de publicatie van de spotprenten van de profeet Mohammed.
Na de publicatie van de spotprenten in de krant Jyllands-Posten op 30 september waren veel Deense moslims verontwaardigd, maar de woede kwam tot een uitbarsting toen een overkoepelende Deense moslimorganisatie de tekeningen in december en januari meenam naar het Midden-Oosten om steun te werven bij religieuze en politieke leiders.Voorstellingen van Mohammed zijn taboe binnen de islam. Sinds de reis boycotten veel moslimlanden producten uit Denemarken en hebben gewelddadige protesten geleid tot de terugtrekking van Deens ambassadepersoneel uit Libanon, Syrië, Iran en Indonesië.
Uit een zondag gepubliceerd opinieonderzoek blijkt dat de meerderheid van de Denen de organisatie, waarin 27 moslimorganisaties vertegenwoordigd zijn, de schuld geeft van de protesten en aanvallen op ambassades. De groep zegt dat dat niet haar bedoeling was.
„We moeten erachter zien te komen wat er tijdens deze reizen gebeurd is”, zei Peter Skaarup, parlementslid voor de Deense Volkspartij, een bondgenoot van de regerende coalitie van premier Anders Fogh Rasmussen.
Op de reis nam de groep een dossier mee met voorbeelden van beelden die zij zag als kwetsend voor de islam, waaronder kopieën van de twaalf spotprenten van Mohammed.
Woordvoerder van de groep Ahmad Akkari zei dinsdag tegenover het persbureau Associated Press dat zijn groep geen spijt had van de reis, maar dat ze wel bereid was deels de schuld voor de anti-Deense protesten op zich te nemen. De overige verantwoordelijkheid ligt volgens Akkari bij de Deense regering en Jylland-Posten.
Voorafgaand aan de reis klopte de organisatie in oktober met haar klachten over de tekeningen aan bij de ambassadeurs van verschillende moslimlanden. Da ambassadeurs vroegen premier Rasmussen daarop schriftelijk om een onderhoud en verzochten hem „de verantwoordelijken aan te pakken”, in het belang van een goede verstandhouding tussen de verschillende godsdiensten.
De Deense premier weigerde hen te ontmoeten, en zei dat de regering niet verantwoordelijk kan worden gehouden voor spotprenten in een onafhankelijke krant.
De Deense Volkspartij zei woensdag dat ook de rol van de ambassadeurs moet worden onderzocht. De belangrijkste oppositiepartij, de sociaaldemocraten, ging een stap verder door te zeggen dat niet alleen de reis naar het Midden-Oosten en de ambassadeurs, maar ook de handelwijze van de Deense regering aan een onderzoek moet worden onderworpen. Woordvoerder van de sociaaldemocraten Jeppe Kofod zei dat bekeken moet worden of de regering, de ambassadeurs en de betrokken imams de dingen anders hadden moeten aanpakken. Het kantoor van Fogh Rasmussen wilde geen commentaar geven op de verzoeken om een onderzoek.
De premier van Pakistan, Shaukat Aziz, heeft een telefoontje gekregen van de Noorse premier Jens Stoltenberg waarin deze zijn excuses aanbood voor de spotprenten, zo meldde de Pakistaanse minister van Informatie, Sheikh Rashid Ahmed. „Ze hebben hun excuses aangeboden”, zei Ahmed. „Ze hebben gezegd dat ze openlijk hun excuses hebben gemaakt en alle moslimlanden hebben de excuses aanvaard.” De gewraakte spotprenten zijn onder meer ook in een Noorse krant gepubliceerd.
Stel in Europese landen belediging van de profeet Mohammed voor de wet gelijk met majesteitsschennis, het gebruik van nazisymbolen of het ontkennen van de Holocaust. Dat was woensdag de belangrijkste oproep van de baas van de Organisatie van de Islamitische Conferentie (OIC) namens de 1,3 miljard moslims wereldwijd tegenover minister Bot van Buitenlandse Zaken.
Bot sprak de Turkse secretaris-generaal van de OIC, Ekmeleddin Ihsanoglu, woensdag op diens hoofdkwartier in de Saudische stad Jeddah. Eerder publiceerde Ihsanoglu samen met VN-chef Kofi Annan en EU-buitenlandcoördinator Javier Solana een verklaring die ertoe opriep moslims en hun heiligdommen te respecteren.