Privatisering energiebedrijven ongewenst
Privatisering van alle energiebedrijven is onafwendbaar, ondanks politieke en maatschappelijke aarzelingen. J. A. Petri heeft nooit begrepen waarom de overheid de goedlopende, veilige en bedrijfszekere elektriciteitsvoorziening in Nederland, met de laagste tarieven in Europa, wil afstoten.
Globaal kan worden gesteld dat de exploitatie van gas-, water- en elektriciteitsnetten in Nederland tot circa 1950 een marginale zaak is geweest. Dat lag aan de slechte economie (de crisisjaren) en de Tweede Wereldoorlog. De nutsbedrijven konden hun exploitatie maar nauwelijks sluitend houden.Waren er in de eerste decennia van de twintigste eeuw nog enkele particuliere nutsbedrijven, na verloop van tijd kwamen ze vrijwel alle in overheidshanden. De verbruikers, de afnemers van energie, moesten via de tarieven de middelen verschaffen om de exploitatie sluitend te houden.
In de loop van zo’n tachtig jaren zijn de transportnetten, centrales en dergelijke, verder uitgebouwd. In 1959 wordt het grote gasveld in Slochteren gevonden. Vanaf 1965 wordt door heel Nederland een aardgasnet aangelegd. Er vinden miljardeninvesteringen plaats in de diverse sectoren van de nutsvoorzieningen. Hoewel de verbruikers al dat geld hebben opgebracht, wordt met hen, en met name met de kleinverbruikers, weinig of geen rekening gehouden.
Slikken
In de afgelopen twintig jaren is liberalisering het grote toverwoord geworden. Alles moet groter worden. We hebben in de voorbijgaande jaren de uitverkoop van onze overheidsbedrijven meegemaakt. Diverse overheden hebben er goede sier meegemaakt, er ook fouten mee afgedekt. Denk aan de Cetecoaffaire, betaald uit de opbrengst van de verkoop van het Elektriciteitsbedrijf Zuid-Holland. De verbruikers zijn berooid achtergelaten.
En het gaat maar door. Onlangs heeft Rotterdam zijn aandelen AVR (Afvalverwerking Rijnmond) aan een consortium van participatiemaatschappijen verkocht. Ook de nutsbedrijven moeten worden samengevoegd, onder het motto dat ze dan efficiënter zal werken, waardoor de tarieven zullen dalen. Het tegendeel is echter gebleken.
Door de omzetting van overheidsbedrijven in nv’s, waarvan de aandelen nog in handen van de overheid bleven, werd de afstand tussen bestuurders en verbruikers vergroot. De invloed van gemeenten en provincies is steeds verder afgenomen en de controlerende taak is op de achtergrond geraakt. Het laatste is ook het geval met de belangen van de verbruikers.
Als er maar winst wordt gemaakt. Particuliere aandeelhouders willen geld zien en worden daarbij niet meer gehinderd door een toezichthoudende overheid, de instantie waaraan de verbruikers hun hebben en houden hadden toevertrouwd. De burger kan geen kant meer op, hij moet elke tariefsverhoging slikken.
Hoe had het dan wel moeten gaan? Om te beginnen had men de bewoners van Nederland eerlijk moeten voorlichten over de gevolgen van de privatisering van de nutsbedrijven en dat in een referendum aan hen moeten voorleggen en laten beslissen. Ik vermoed dat het dan nooit zo ver was gekomen.
Opwekking
De minister van Economische zaken wil de elektriciteitsbedrijven splitsen in een gedeelte dat zorgt voor de opwekking en distributie (reeds geprivatiseerd) en het landelijk transportnet, waarop het overheidsorgaan TenneT toezicht houdt. Dit laatste moet zeker zo blijven. Het moet niet gebeuren dat dit laatste gedeelte ook wordt geprivatiseerd. Dan zijn de verbruikers helemaal overgeleverd aan de aandeelhouders.
Gaat het in deze kwestie om de werknemers van de energiebedrijven, of om de verbruikers van de energie? Om de laatste, natuurlijk. Laat dit stukje medezeggenschap waar het hoort, bij de overheid, hoeder van de belangen van de bewoners van ons land.