„Hofstadgroep niet vervolgd zonder moord”
AMSTERDAM (ANP) - Net als andere advocaten in het proces rond de Hofstadgroep, betoogden mr. B. Böhler en mr. V. Koppe vrijdag voor de rechtbank dat de rechtszaak tegen de vermeende leden van het terroristische netwerk niet had plaatsgevonden als Theo van Gogh niet was vermoord.
„Niet eerder heeft het OM bij een enkelvoudige moord zoveel vrienden van de vermeende dader opgepakt. Zo werd ook niet de club dierenactivisten waarmee Volkert van der G. bevriend was, opgepakt na de moord op Pim Fortuyn”, aldus Koppe.Böhler en Koppe staan Zakaria T. en Ahmed H. bij, tegen wie het OM eind januari vijf jaar celstraf eiste. Zij zouden zich „net iets meer gemanifesteerd hebben als ondersteunende deelnemers aan de organisatie”, betoogden aanklagers mr. J. Plooy en mr. A. van Dam.
Volgens de raadslieden dienen de jongemannen te worden vrijgesproken. Niet is komen vast te staan dat zij hebben deelgenomen aan criminele organisatie, laat staan aan een criminele organisatie met een terroristisch oogmerk. Dat laatste blijkt volgens Koppe en Böhler nergens uit.
Zij stelden dat het OM de individuele daad van Mohammed B. om Theo van Gogh op 2 november 2004 te vermoorden, nu collectief afwentelt op de rest van de verdachten. „Een verwerpelijk fenomeen dat niet thuishoort in een rechtsstaat”, aldus de advocaten.
