Binnenland

Rapport: Nederland te veel invloed op rechtshandhaving Antillen

WILLEMSTAD (ANP) – Nederland heeft te veel invloed op de rechtshandhaving op de Nederlandse Antillen. Tot die conclusie komt de Commissie Evaluatieonderzoek Rechtshandhaving onder leiding van oud–premier en oud–minister van Justitie Suzy Römer. De Commissie heeft woensdagavond de resultaten gepresenteerd van het onderzoek dat twee jaar heeft geduurd.

9 February 2006 07:02Gewijzigd op 14 November 2020 03:27

Directe aanleiding tot het instellen van de evaluatie was een lunch begin januari 2004 van onder andere minister Donner (Justitie) met de top van het Openbaar Ministerie van de Antillen. Wijlen minister Komproe zei niet op de hoogte te zijn van de lunch en geen uitnodiging te hebben gekregen.Hoewel volgens de Nederlandse bewindslieden de hele zaak op een misverstand berustte, vormde de lunch de aanzet tot heftige discussies dat Nederland invloed probeerde uit te oefenen op het Openbaar Ministerie. Mede naar aanleiding daarvan gaf Komproe de commissie, bestaande uit prominenten, opdracht onderzoek te doen naar het functioneren van de justitiële keten.

In het eindrapport wordt forse kritiek geleverd op de manier waarop de samenwerking met Nederland is georganiseerd. „Er zijn punten die te denken geven, omdat er te veel invloed van Nederland is", zei Römer. Als voorbeeld noemde ze de telefoontaps, die alleen via een ruimte op de marinebasis kunnen worden geregeld. „Dan is het logisch dat mensen daar hun vraagtekens bij hebben, €aldus de oud–premier.

Volgens de commissie zijn er te veel samenwerkingsprotocollen met Nederland waarbij Antilliaanse ministers te makkelijk autonomie uit handen geven. „Dat is een probleem bij onder meer het Recherche Samenwerkingsteam", aldus de oud–premier. „Dat is te Nederlands. Het Openbaar Ministerie zou daar veel meer invloed op moeten uitoefenen".

Als aanbeveling stelt de commissie voor om het parlement het laatste woord te geven over het al dan niet doorgaan van samenwerkingsprotocollen. Ambtenaren binnen de justitiële keten zouden volgens het rapport schriftelijke toestemming moeten hebben van de minister van justitie voor ze met Nederlandse bewindslieden mogen praten.

Overigens moeten ook lokale instituten het ontgelden. De meeste aandacht in het rapport gaat uit naar de politie. Volgens de commissie is het korps gedemotiveerd en is er onvoldoende leiding. Verder wordt de veiligheidssituatie in de Bon Futuro–gevangenis beschreven als onaanvaardbaar.

Bij het ministerie baart het gebrek aan continuïteit de commissie zorgen. In de twee jaar die de leden aan het werk zijn geweest, hebben ze te maken gehad met drie verschillende ministers van justitie en twee plaatsvervangers.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer