Een overgrote meerderheid van de Almeerse gemeenteraad kon zich niet vinden in het voorstel van burgemeester en wethouders om bijna 50 miljoen euro mee te betalen aan de aanleg van een magneetzweefbaan. Van de 33 raadsleden stemde alleen een vertegenwoordiger van de ChristenUnie voor.

Verantwoordelijk PvdA-wethouder A. Bijl probeerde de zaak nog te redden door voor te stellen dat de raad akkoord kon gaan zonder een toezegging te doen over de hoogte van de bijdrage, maar de raadsleden waren niet te vermurwen.

De Almeerse wethouder noemde de afwijzing van het collegevoorstel direct na de raadsvergadering een tegenvaller: „We hadden ons door aanvullende eisen te stellen een goede positie kunnen veroveren bij gesprekken over de geplande groei van deze gemeente. Nu hebben we geen onderhandelingspositie meer.”

Hij gaf aan de tegenstemmen te zien als blijk van frustratie, dat de rijksoverheid ook bij een project als de Zuiderzeelijn voorbijgaat aan alle voorwaarden die Almere aan het project had willen stellen. „De raad ziet niet in waarom deze gemeente bijna 50 miljoen euro moet bijdragen aan een verbinding die de ontsluiting van Almere richting Randstad nauwelijks verbetert”, aldus de wethouder ruimtelijke ordening.

De gemeenten Noordoostpolder en Lelystad waren eerder gisteravond wel akkoord gegaan met hun bijdragen van respectievelijk 12,7 en 19,1 miljoen euro. In de Noordoostpolder stemden slechts twee van de 25 raadsleden tegen. Het ging om leden van de gezamenlijke fractie van PvdA en GroenLinks. In Lelystad was het verzet met dertien tegenstemmers en twintig voorstanders een stuk groter.

Provinciale Staten van Groningen, Drenthe, Friesland en Flevoland zijn deze week ook akkoord gegaan met hun bijdrage voor de aanleg van de Zuiderzeelijn. Groningen betaalt 245 miljoen euro, Friesland 200, Drenthe ruim 51 en Flevoland 33 miljoen euro voor een magneetzweefbaan tussen Amsterdam en Groningen.