Dat zei vicepremier Zalm vrijdag na afloop van de ministerraad.Pechtold stelt in Opzij dat ministers „vreselijker” met elkaar omgaan dan wie ook. „Het is allemaal veel vuiler en vunziger dan mensen denken.” Hij zei ook „soms moeilijk” uit de voeten te kunnen met premier Balkenende en minister Donner.

Veel ministers voelen zich persoonlijk gekwetst door de uitlatingen van hun collega, aldus Zalm, die de ministerraad voorzat. „Ze herkennen zich niet in het beeld dat Pechtold schetst, terwijl het wel over hen gaat.” Het debat in de raad over Pechtolds uitspraken ging er dan ook „heftig” aan toe.

Zalm noemde het interview „een ernstig bedrijfsongeval.” Het is volgens hem nog niet eerder voorgekomen dat de hele ministerraad zo „massaal” werd bekritiseerd. De opmerkingen van Pechtold „miskennen” hoe hard ministers werken, stelde Zalm. „Het interview verheft het aanzien van de politiek bij de bevolking niet.”

De ministerraad schrijft in een brief aan de Kamer dat hij vindt dat „het aanzien van de politiek en het bestuur, en het vertrouwen van burgers daarin, het meest wordt gediend door ons te blijven richten op de inhoud van ons werk.”

Excuses aanbieden zou te makkelijk zijn geweest voor Pechtold, oordeelde de ministerraad. Daarom moet Pechtold in persoonlijke gesprekken met de andere bewindslieden proberen de verstoorde verhoudingen te herstellen.

Pechtold zei gisteren dat hij in het interview de cultuur van politiek Den Haag aan de kaak wilde stellen. Hij heeft zijn collega’s uitgelegd dat het niet zijn bedoeling was om „op de persoon te spelen.” De D66-bewindsman erkende met het vraaggesprek het „beoogde doel voorbij te zijn geschoten.”