Tijdbom
De werkloosheid onder allochtonen is in vier jaar tijd verdubbeld. Zat in 2001 bijna 10 procent zonder werk, vorig jaar was dit opgelopen tot 20 procent. Bij de jongeren is de situatie nog ernstiger. Van hen heeft 40 procent geen werk. Dat is tweemaal zo veel als bij de autochtone jeugd.
De cijfers die het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP) gisteren naar buiten bracht, bevestigen een al langer bestaand vermoeden. Werkloosheid onder de allochtonen is een groot probleem. Het SCP-rapport is gebaseerd op onderzoek in de vijftig grootste gemeenten.Er zijn verschillende oorzaken voor deze situatie aan te wijzen. In de achterliggende jaren maakte de Nederlandse economie een periode van laagconjunctuur door.
De banen lagen niet voor het opscheppen terwijl het aanbod op de arbeidsmarkt van nieuwe, jonge krachten behoorlijk was.
Werkgevers hadden ruime keuzemogelijkheden bij het aannemen van nieuw personeel. Daarbij passeerden zij vaak allochtonen vanwege hun veelal gebrekkige kennis van het Nederlands en hun lage opleidingsniveau.
Bovendien hebben allochtonen jongeren als groep een minder goed imago. Dat kan getypeerd kan worden met termen als ”dom”, ”lui” en ”crimineel”.
Ook al erkennen veel werkgevers die allochtone jongeren in dienst hebben dat dit beeld beslist niet klopt, toch blijft het bestaan.
De beperkte groep allochtonen die zich in het maatschappelijk verkeer asociaal gedraagt, is daar in belangrijke mate debet aan. Het is daarom niet verwonderlijk dat werkgevers voorzichtig zijn bij het aannemen van allochtonen.
Toch is het feit dat de werkloosheid onder deze groep hoog is, niet zonder risico. Vooral omdat die werkloosheid zich met name manifesteert in grote gemeenten. Daar woont driekwart van de groep allochtonen in Nederland.
Door die concentratie in een beperkt aantal plaatsen kunnen daar grote groepen drop-outs ontstaan waarbinnen men elkaar voedt met onlustgevoelens.
Ondanks alle inspanningen van politici en beleidsmakers om de situatie van allochtonen te verbeteren, blijft dat deel van onze bevolking zich tweederangsburger voelen. Wanneer deze mensen dan keer op keer hun neus stoten op de arbeidsmarkt, versterkt dat de ontevredenheid.
Recent is in Frankrijk duidelijk geworden waar deze situatie toe kan leiden. Er hoeft maar weinig te gebeuren of de opgekropte onlustgevoelens ontladen zich in rellen.
De ongeregeldheden in de voorsteden van Parijs, enkele maanden geleden, hebben de samenleving tientallen miljoenen gekost. Zij vonden een belangrijke voedingbodem in de hoge werkloosheid onder jongeren aldaar.
Zo bezien zijn de SCP-cijfers een serieuze aanwijzing voor een maatschappelijke tijdbom.
Het probleem is niet eenvoudig op te lossen. Natuurlijk kan de overheid het bedrijfsleven wijzen op zijn maatschappelijke verantwoordelijkheid en daar aandringen op een soepeler aannamebeleid jegens allochtonen. Maar daarmee is de reserve bij bedrijven nog niet weggenomen.
Het is belangrijk dat wordt gewerkt aan het ombuigen van het negatieve imago van allochtone jongeren. Dat vergt inspanning van alle betrokkenen. Daarbij is het goed dat de overheid een voortrekkersrol vervult door die jongeren te dwingen tot goede scholing in het Nederlands en in een vak.
Vooral is nodig dat er veel aandacht wordt gegeven aan sociaal -lees: normaal, fatsoenlijk- gedrag.
Het voorbeeld van Amsterdam, waar werkloze jongeren onder de 27 in plaats van een uitkering hulp krijgen bij het vinden van een baan, verdient landelijk navolging.