Donner wil opheldering VS over verboden actie DEA
DEN HAAG/AMSTERDAM (ANP) – Minister Donner van Justitie heeft de Verenigde Staten om opheldering gevraagd over een verboden opsporingsactie van de Amerikaanse drugsbestrijdingsdienst DEA in Nederland. Die actie vond plaats in de Amerikaanse strafzaak tegen de Nederlandse, meermalen veroordeelde drugshandelaar Henk R. , alias de Zwarte Cobra.
De advocaat van R., M. Teurlings, beklaagde zich in september tijdens de rechtszaak van zijn cliënt in New York al bij de minister. Toen kwamen de illegale activiteiten van de Amerikaanse opsporingsdienst DEA in Nederland aan het licht. Ze stonden beschreven in documenten van de Amerikanen zelf.In de documenten staat dat een Nederlandse criminele informant samen met een Amerikaanse DEA–agent R. vanuit Nederland probeerde te bewegen xtc naar de VS te smokkelen. Deze manier van uitlokking zonder toestemming is in Nederland verboden.
Justitie in Nederland had een Amerikaans verzoek hiertoe afgewezen. De Amerikanen hebben hun operatie toch op eigen houtje doorgezet. De advocaat vindt dat uit deze zaak in ieder geval onmiskenbaar duidelijk is geworden dat de rechten van Nederlandse verdachten in de Verenigde Staten op „alle mogelijke manieren" worden geschonden.
Een jury in New York heeft R. met name op basis van deze actie schuldig bevonden aan de voorbereiding van smokkel van xtc naar deze stad. Op 17 januari wordt zijn straf bepaald.
Het ministerie van Justitie schrijft in een brief van 10 januari aan Teurlings dat er inmiddels om opheldering is gevraagd. De Amerikanen lieten daarop weten pas na de strafoplegging te zullen antwoorden.
Volgens R.’s advocaat heeft Donner door zich hierbij neer te leggen, „niet getracht daadwerkelijk voor de belangen van een Nederlander op te komen. Juist als er in de VS eenmaal een veroordeling is, kan een dergelijke misstand nauwelijks meer worden hersteld".
Een woordvoerder van Donner wees in een reactie op wettelijke bepalingen die in de VS van kracht zijn. Die regelen dat de Amerikaanse overheid Nederland pas opheldering mag geven als de gerechtelijke procedure tegen R. is afgerond.
Dit antwoord bevreemdt Teurlings aangezien Nederland in zijn ogen al vijf jaar innig contact met de VS onderhoudt en de afgelopen jaren alle medewerking heeft verleend om zijn cliënt achter tralies te krijgen. „Bovendien heb ik de minister om opheldering gevraagd, niet de Amerikanen".
Tweede Kamerlid Wolfsen van de PvdA vindt het van groot belang dat Donner snel antwoorden van de VS krijgt. Hij meent dat de bewindsman wel degelijk nu direct duidelijkheid moet verlangen over wat de Amerikanen op „ons grondgebied" hebben gedaan. Voor zo’n serieuze kwestie is uitstel tot na de gerechtelijke procedure niet nodig, meent Wolfsen. „Als de Amerikanen onze regels willens en wetens hebben geschonden, is er sprake van een ernstige vertrouwensbreuk. Dan hebben we een groot probleem".