Nodiging
Christus komt aan de deur en dan roept Hij: „Ik raad u dat gij van Mij koopt goud, beproefd komende uit het vuur…” Hij staat daar en neemt het stilzwijgen niet voor antwoord. Hij klopt op de deur door een sterkere werking van Zijn Geest, opdat ze misschien zouden willen opendoen. Het is alsof Hij zegt: Doe de deur maar open en Ik wil tot u komen en de Uwe zijn. Ik wil niet kijken op zonden die u voorheen hebt begaan, noch op voorgaande geveinsdheid of opgeblazenheid, blindheid en boosheid. U wil Ik niet voorbijgaan om zulke zonden. Ik wil over alles heenzien en tot een ieder van u inkomen.Zelfs de grootste zondaar onder u zal de zoetste Zaligmaker hebben. Als hij de deur maar wil openen, zal Ik hem zalig maken. Zacheüs liet Christus in huis en de zaligheid kwam tevens bij hem binnen. Christus wil een vrolijke maaltijd zijn, waar Hij ook komt. Als wij Hem maar inlaten door het geloof.
In de grote oordeelsdag wil Christus komen om te oordelen, maar nu komt Hij om zondaren zalig te maken. Hij zegt tot de zondaren: Om u ben Ik in de wereld gekomen. Ik heb laster en geselingen van mensen en de toorn van God verdragen. Voor u hing Ik aan het kruis en vergoot er Mijn hartenbloed. Voor u ben Ik in het graf gelegd en voor u ook weer opgestaan.
Obadias Sedgwich, predikant te Londen (De rijkdom der genade, 1743)