Direct bij de voordeur van de Rullens is het al duidelijk dat de Brabantse familie van vogels houdt. Aan de muur naast de deur hangen twee nestkasten, twee netjes met pinda’s en een voerkorf. Vanuit de keuken is te zien dat kool- en pimpelmezen af en aan vliegen. Zelfs een boomklever laat zich zien. „Bij elkaar hebben we hier vijftien nestkasten hangen.”Toch noemt Rullens zichzelf geen echte vogelfan. „Ik ben meer een internetliefhebber. Mijn zoon ontwikkelt in de avonduren samen met een paar vrienden internetsites. De site over onze torenvalkkast is eigenlijk als een geintje geboren. In de krant stond dat de torenvalk een bedreigde diersoort was geworden. Toen kregen we het idee om een nestkast voor die vogels te maken.”

In de kerstvakantie van 2001 timmert Rullens een broedplaats voor de valken. De kast komt op een groengeverfde lantaarnpaal te staan. De bewoners laten niet lang op zich wachten: drie dagen later verkent een torenvalk de ruimte. In het voorjaar van 2002 komen de eerste drie jongen uit het ei.

In 2003 gaat het fout. Een stel kraaien rooft de eieren weg. Een jaar later gaat het weer goed: vier jonge torenvalken verlaten het nest. Inmiddels heeft Rullens een grote verrekijker aangeschaft, waarmee hij kan zien hoe de jonge torenvalken af en toe op de rand van het nest zitten. Vogelspotters uit de buurt wachten urenlang om een goede foto van de beesten te kunnen maken.

Dat brengt Rullens op het idee om camera’s in de kast te hangen. In de kerstvakantie van 2004 bouwen vader en zoon Rullens een nieuwe kast met een U-vormige ruimte er omheen. Daarin komen twee webcamera’s te hangen. Een 180 meter lange glasvezelkabel verbindt de kast met een internetserver in de keuken.

De eerste beelden op de website www.valkenhof.nl zorgen volgens Rullens voor een rel in de vogelwereld. Professionele valkenkenners beweren dat het project tot mislukken gedoemd is. Maar in maart 2005 legt de vrouwtjestorenvalk voor het oog van de camera’s haar eerste ei. Twee dagen later volgt het tweede, weer twee dagen later het derde ei. Rullens: „Dat klopte met de bewering van kenners dat een torenvalk om de twee dagen een ei legt. Maar het vierde ei kwam pas na drie dagen. De kenners keken op hun neus en de camera’s hadden hun nut bewezen.”

De belangstelling voor de onlinebroedplaats is in april 2005 zo groot, dat de website crasht. „Meer dan 15.000 bezoekers per dag, daar was onze server niet op berekend. We besloten geen livebeelden meer uit te zenden, maar elke vijf minuten een foto te maken. Dat kon de techniek wel aan.”

Volgens Rullens komen de bezoekers van de site uit alle hoeken van de wereld. „Vooral in Amerika zitten veel vogelliefhebbers. Zelfs toen het daar midden in de nacht was, kwamen ze toch nog even kijken.” Na een uitzending op het Jeugdjournaal zoeken ook veel Nederlandse kinderen de site op.

Op 6 juni krijgt Rullens meerdere mailtjes van bezoekers dat er iets mis is. „Toen we de site openden, zagen we inderdaad nog maar één ei liggen. Onmiddellijk zijn we naar de nestkast gegaan. Daar lagen de eierschalen onder de kast. Het nest was geroofd door kraaien. En dat terwijl de eieren bijna uitkwamen.” Duizenden vogelliefhebbers leven met de teleurgestelde Rullens mee.

Vader en zoon laten de moed niet zakken. „We hebben de kast direct gevuld met nieuw nestmateriaal voor een eventueel tweede broedsel. Maar het seizoen was voorbij. We hopen dat het volgend jaar beter afloopt.”

Hoewel het materiaal in de kast nog prima werkt, denken de Rullens erover de camera’s te vervangen. „Er zijn camera’s waarmee je kunt inzoomen en die ook het geluid opnemen. Toen we hiermee begonnen, waren die nog onbetaalbaar, maar nu is dat beter te doen.” Rullens hoopt dat het bedrijfsleven een bijdrage wil leveren in de vorm van sponsoring. „Want alles bij elkaar blijft het een dure hobby.”

Op zoek naar het verhaal achter opvallende berichtjes van het afgelopen jaar. Woensdag deel 6.