Libië schrapt doodstraf verplegers
SOFIA - De vijf Bulgaarse verpleegsters en een Palestijnse arts die in Libië ter dood waren veroordeeld wegens het opzettelijk besmetten van 426 kinderen met het hiv-virus, zullen opnieuw berecht moeten worden. Dat heeft Libische hooggerechtshof zondag bepaald.
Het zestal zit al sinds 1999 vast. Zij worden ervan beschuldigd 426 Libische kinderen in een ziekenhuis in de havenstad Benghazi te hebben besmet met het virus dat aids veroorzaakt. De verplegers en de arts hebben dat toegegeven, maar zeiden later dat die bekentenis door marteling tot stand is gekomen. Volgens deskundigen zijn de kinderen besmet geraakt voor de verdachten in het hospitaal kwamen werken.De Europese Unie en de Verenigde Staten hebben de vrijlating van de zes geëist en gedreigd anders de betrekkingen met Libië op een laag pitje te zetten. De relatie tussen het Noord-Afrikaanse land en de westerse wereld was de afgelopen twee jaar juist iets verbeterd.
Libië wees de westerse eisen eerder van de hand en zei dat de zaak geen inzet mag worden van politieke spelletjes. Aan de andere kant zei de regering van Muammar Kaddafi ook dat over het lot van de verpleegkundigen wel valt te praten als Bulgarije bereid is compensatie te betalen.
Sofia ziet daar geen heil in, omdat een schadevergoeding lijkt op het „vrijkopen” van de verplegers en op een schuldbekentenis. Wel kondigde Sofia onlangs aan een fonds te willen oprichten voor de geïnfecteerde kinderen.