Verkeersslachtofferlijn staat in vijftig jaar 100.000 bellers te woord
Een aanrijding kan iemands leven van het ene op het andere moment totaal veranderen. Een whiplash, botbreuken, psychische schade - het letsel kan nog jaren voor beperkingen zorgen. Speciaal voor mensen met dergelijke verwondingen heeft de ANWB in 1985 de Verkeersslachtofferlijn opgericht. Nu, twintig jaar later, zijn er bijna 100.000 telefoongesprekken gevoerd. „We hebben het idee dat we het goed doen.”
In 1985 was de hulp aan verkeersslachtoffers nog niet zo goed geregeld, vertelt Marc Renckens, manager van de Verkeersslachtofferlijn. „Er gebeurde na het ongeval van alles op het gebied van hulpverlening, maar het was niet duidelijk wat precies. Uit telefoontjes van onze leden bleek dat er een grote behoefte bestond aan informatie over het traject na het ongeval. Vandaar dat we toen, in samenwerking met instanties als Slachtofferhulp Nederland, de Verkeersslachtofferlijn zijn gestart. Van het begin voor leden én niet-leden bedoeld en helemaal gratis.”Al in het eerste jaar wisten zo’n 3000 mensen de lijn te vinden. Later kwamen er zo’n 6000 telefoontjes op jaarbasis binnen; tegenwoordig is dat aantal gezakt naar 4000.
Vertrouwensbasis
Misschien wel de belangrijkste taak van de medewerkers aan de lijn is het bieden van een luisterend oor, stelt de manager. „Aandacht voor de emoties is van groot belang.” Verder proberen de ANWB’ers praktische hulp te bieden. Er wordt nagegaan met welke problemen de beller kampt en of hij al een rechtsbijstandverzekering heeft. Zo nee, dan biedt de ANWB aan de zaak in behandeling te nemen. Gaat de cliënt daarmee akkoord, dan volgt een persoonlijk bezoek aan het slachtoffer om een vertrouwensbasis te creëren en om uitleg over de procedure te geven.
De volgende stap is het aansprakelijk stellen van de partij die het letsel heeft veroorzaakt en het eisen van financiële voorschotten. Dat laatste gaat door tot de geneeskundige behandeling beëindigd wordt. Op basis van het medisch eindrapport wordt de schade in kaart gebracht en een vergoedingsvoorstel aan de verzekering van de tegenpartij gedaan. „Helaas heeft er op dit punt vaak een langdurige discussie plaats tussen beide partijen. Zeker bij een whiplash is moeilijk vast te stellen wat het letsel precies is, omdat het niet duidelijk op foto’s is te zien.”
Hoewel de schadeloosstellingen in Nederland niet zo hoog uitvallen als in bijvoorbeeld de Verenigde Staten, kan het bedrag dat een verkeersslachtoffer ontvangt toch in de honderdduizenden euro’s lopen. Renckens: „Dat hangt samen met bijvoorbeeld de hoogte van iemands salaris en van de arbeidzame jaren die hij nog voor zich heeft. Maar ook van zijn functionele invaliditeit.” De ANWB wijst in dit kader op het verschil tussen een rechtshandige timmerman die het bovenste kootje van zijn linkerpink mist en een beroepspianist met dezelfde verwonding.
Het hoogste bedrag aan smartengeld dat in Nederland ooit is toegewezen, is 300.000 gulden. Overigens gaat volgend jaar een regeling voor directe nabestaanden in. Zij krijgen dan per persoon waarschijnlijk zo’n 10.000 euro, zegt Renckens.
Second opinion
Hoewel de ANWB zestig jaar ervaring heeft op het gebied van letselschade en over een grote juridische afdeling beschikt, geeft slechts 1 procent van de bellers zijn zaak over in handen van de bond. Renckens: „Dat was in de beginjaren wel anders. Toen waren mensen vooral op zoek naar een instantie die hun rechtshulp kon bieden. Omdat het aanbod aan juridische bijstand enorm is toegenomen, heeft 60 procent van de mensen die nu bellen al een rechtsbijstandsverzekering.”
Smartengeld, huishoudelijke hulp, verlies van zelfredzaamheid en studiemogelijkheden zijn enkele onderwerpen die veel bellers tegenwoordig aansnijden. Daarnaast komen er behoorlijk wat telefoontjes binnen van mensen van wie de zaak al in behandeling is bij een belangenbehartiger. Ze hebben behoefte aan een second opinion. Renckens: „Onbegrip over de lange duur van het proces en frustratie over de gebrekkige feedback van hun verzekeraar komen dan aan de oppervlakte.”
Als de manager van de Verkeersslachtofferlijn terugkijkt, is hij positief over de ontwikkelingen die zich in letselschadeland hebben voorgedaan. „In 1992 is de aansprakelijkheid bij wet geregeld. Verder is er veel meer informatie beschikbaar gekomen, zeker ook op internet. En het aanbod aan rechtshulp is veel groter geworden.”
Over de toekomst is Renckens eveneens optimistisch. „Binnen het Nationaal Platform Personenschade werken we aan richtlijnen om de afwikkeling van letselzaken te versnellen en de communicatie eromheen te verbeteren. Dat is nodig, want nog steeds klagen veel bellers over het in hun ogen langdurige en onduidelijke traject na het ongeval.”
Meer informatie: ANWB-Verkeersslachtofferlijn, tel. 070-3147766 en vsl@anwb.nl, www.verkeersrecht.nl en www.verkeersongeval.nl.