Kerk & religie

„Christendom is een bewoonbaar continent”

ROTTERDAM - „Toen ik jullie aan het begin van de avond de psalmen zag zingen, kon ik merken dat de snaren daarvoor op jullie vierde jaar al strak zijn gezet. Ik vraag me af of ik dat ooit kan inhalen.”

Van een medewerker
22 December 2005 09:38Gewijzigd op 14 November 2020 03:19
ROTTERDAM – Willem Jan Otten: „Ik ben heel erg voor de kinderdoop. De volwassendoop is heel onnatuurlijk. Het is alsof je om je eigen kroning verzoekt.” Foto RD, Sjaak Verboom
ROTTERDAM – Willem Jan Otten: „Ik ben heel erg voor de kinderdoop. De volwassendoop is heel onnatuurlijk. Het is alsof je om je eigen kroning verzoekt.” Foto RD, Sjaak Verboom

Schrijver Willem Jan Otten zei dat de ontdekking van het christendom voor hem was „alsof ik een continent ontdekte. En het is enorm bewoonbaar. Dat maakt mijn lectuur anders en het zorgt voor andere thema’s in mijn werk. Dat wist ik niet op het moment dat ik de stap nam om me te laten dopen. Ik denk dat ik op den duur niet buiten uitgesproken christelijke intenties om zal kunnen schrijven.”De schrijver, die woensdagavond voor het Rotterdamse CSFR-dispuut sprak over ”Ondoorgrondelijk geloven”, kan zich voorstellen dat de hoofdpersoon in een van zijn volgende romans een christen zal zijn. Nu al komen in het werk van de „voor een wereld die het christelijk erfgoed niet paraat heeft” schrijvende literator christelijke thema’s voor.

In zijn nieuwste roman ”Specht en zoon” (2004) plaatst hij zich in een heel bijzondere vertellerspositie. Hij vertelt dit verhaal over een portretschilder vanuit het doek waarop het portret verschijnt. Dit schilderij beeldt een zwarte naakte jongen van een jaar of veertien. De vriendin van de schilder voelt zich zo aangesproken door dit „onschuldige, kwetsbare” portret, dat zij spontaan een kind van de schepper van dit beeld wil hebben. Zij vraagt hem ook wat hij dacht bij het schilderen. Dan blijkt dat de schilder een jeugdvriendje, dat hij op een kritiek moment heeft laten zitten, op het doek heeft uitgebeeld.

Het schilderij functioneert als schulddelging. De angst voor verdenking van pornografie bespringt de portrettist. Daarom verbrandt hij het doek. Echter, de hoop keert terug. Een kind wordt geboren en na een flinke huilbui kan hij de opdracht voor een dergelijk schilderij opnieuw aanvaarden.

In dit verhaal heeft Otten christelijke motieven gelegd. Sterker: „Het model, het voorbeeld voor deze roman, was de verloochening van Petrus. Deze discipel verwacht alles van Jezus. Als hij echter ontdekt dat Hij sterfelijk is en hijzelf verdacht raakt, slaat de liefde om in totale loochening. Hij vindt overleven belangrijker dan zijn geloof. Na zijn berouw krijgt hij een hernieuwde opdracht.

Dit verhaal zegt mij het meest over wat geloven is, hoe het werkt. Als er geen crisis, geen verdriet bestond, weet ik niet hoe geloof zou ontstaan. Het is voor mij een wat indirecte manier om over het getrokken zijn te praten. Je kunt het beschouwen als een eerste poging om mijn nieuwe leefwereld onderdak te geven in mijn werk.”

Voor Otten is het christelijk geloof inderdaad een nieuwe wereld. Hij vertelt hoe hij opgroeide in een agnostische, zelfs atheïstische omgeving. Tijdens vakanties bezoekt hij kathedralen, waar hem een gevoel voor het numineuze, het heilige, huiveringwekkende overvalt. „Onherroepelijk komt er een moment waarop het verhaal van die ruimte doorbreekt: Waarom is die ruimte er? Wie wordt er aanbeden? Tijdens vakanties staan mensen daar meer open voor. Toerisme is nodig om in aanraking te brengen met het heilige.”

Otten publiceerde in 1999 zijn verantwoording voor de overstap naar het christelijk geloof, ”Het wonder van de losse olifanten. Een rede tot de ontwikkelden onder de verachters van de christelijke religie”. Hij vertelt dat hij al meerdere jaren een kerk bezocht, maar niet „meedeed.” Op een gegeven moment wilde hij wel dat iemand hem bewusteloos sloeg en dat hij bij het ontwaken te horen zou krijgen dat hij intussen was gedoopt.

„Maar niemand sloeg me bewusteloos. Wel werd ik op een zekere ochtend wakker met het gevoel: Gek, dat ik de geloofsbelijdenis nog niet heb beaamd. Visioenen of stemmen heb ik niet gehoord. Veel begrijp ik nog niet. Ik ben trouwens heel erg voor de kinderdoop. De volwassendoop is heel onnatuurlijk. Het is alsof je om je eigen kroning verzoekt.”

De overstap betekent voor Otten, een gevierd dichter en schrijver van toneelstukken, romans en kritieken, een toetreding tot de Rooms-Katholieke Kerk. Een vragensteller was opgevallen hoe belangrijk vormen zijn voor Ottens geloof. Is hij daarom geen protestant geworden? „Ik denk dat het te maken heeft met mijn werkzaam, rationaliserend verstand. Wat me ontzettend getrokken heeft in de Rooms-Katholieke Kerk is het mysterie, waarvoor je op de knieën gaat. Naar die overgave ging mijn hart uit. Menige bekende heeft gedacht dat ik mijn verstand verloren moest hebben, of mijn denkvermogen had opgegeven. Maar mijn hoofd werkt prima. Het zou echter absurd zijn te denken dat je geloof je verstand dwarszit. Alleen kun je met je verstand het geloof niet begrijpen. De moederkerk oefende een geweldige aantrekkingskracht op me uit, ik vond het indrukwekkend, ook dat je er fysiek de consequenties uit trekt, dat je ergens onderhorig aan bent.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer