Minister Hoogervorst van Volksgezondheid schetste donderdag dat toekomstbeeld tijdens een congres in Leiden. De bijeenkomst dient als sluitstuk van de voorbereidingen van het nieuwe zorgstelsel dat in januari ingaat.Nederland zal er over tien jaar heel anders uitzien, hield de minister zijn publiek voor. Een vijfde deel van de bevolking is dan ouder dan 65 jaar, en allochtonen vormen 14 procent van de bevolking. De groep die verpleging en verzorging nodig heeft, zal stijgen van 1,2 naar 1,6 miljoen personen. Bijna de helft van de volwassenen heeft een chronische ziekte, bijvoorbeeld suikerziekte of astma.

Patiënten zullen zich, in het toekomstbeeld van de minister, hebben verenigd in machtige belangengroepen die instellingen en zorgverzekeraars voorschrijven welke zorg ze willen. Door het efficiënter en effectiever maken van behandelingen worden kosten van de zorg beteugeld. Hoogervorst toonde zich „behoorlijk optimistisch" over de toekomst van de Nederlandse gezondheidszorg.

In een toelichting zei hij te verwachten dat er volgend jaar bij de overgang naar het nieuwe ziektekostensysteem weinig grote zaken kunnen misgaan. Sommigen verwachten dat vele honderdduizenden burgers onverzekerd zullen raken omdat ze hun ziektekostenpremie niet willen of niet kunnen betalen. De minister deelt die angst niet. Als toch grote groepen hun premie niet betalen, zullen zorgverzekeraars naar zijn verwachting maatregelen nemen om de wanbetalers alsnog in het gareel te krijgen. Ziekenhuizen en zorgverzekeraars steggelen nog met elkaar over de manier waarop de rekeningen vanaf januari moeten worden betaald. Hoogervorst verwacht dat beide partijen ook daar oplossingen voor vinden. En dan is er nog de administratieve verwerking van burgers die van zorgverzekeraar willen wisselen. Ook dat levert naar de verwachting van Hoogervorst geen onoplosbare problemen op.