Van der Hoeven eist ruim 83.000 euro terug van een uitgekeerd subsidiebedrag van 236.000 euro voor de zogenaamde voor- en vroegschoolse educatie (VVE). Met het geld heeft de gemeente extra onderwijzers en onderwijsmateriaal ingezet om taalachterstanden bij kinderen weg te werken.Werkendam wil het geld niet terugbetalen, omdat het het geld heeft besteed aan de peuterspeelzalen en voor- en vroegschools onderwijs. Het ministerie eist het geld terug omdat de gemeente formeel in 2002 een paar maanden te laat was met het indienen van het VVE-plan. De gemeente stapte naar de Raad van State, die de kwestie gisteren behandelde.

Wethouder Ribbers benadrukte dat Werkendam een van de grootste binnenvaarthavens van Nederland heeft en in verhouding veel schipperskinderen op de peuterspeelzalen en basisscholen onderbrengt. Bovendien hebben veel kinderen een reformatorische achtergrond.

Die gecompliceerde situatie leidde er toe dat de gemeente veel overleg moest plegen met ouders met verschillende geloofsachtergronden om tot een gezamenlijk voor een ieder aanvaardbaar voor- en vroegschools onderwijsplan te komen. Dat nam meer tijd in beslag dan voorzien waardoor de gemeente in 2002 een paar maanden te laat was met de aanvraag.

Werkendam had gehoopt dat de minister met haar hand over het hart wilde strijken, maar die houdt vast aan de formele indientermijn. Werkendam heeft nu haar laatste hoop op de Raad van State gesteld.

Wethouder Ribbers deed een vlammend beroep op het rechtscollege. Volgens hem draait het voor- en vroegschoolse onderwijs prima. Maar als de gemeente nu alsnog 83.000 euro moet terugbetalen betekent dat een forse aderlating voor het onderwijsbudget.

Wethouder Ribbers zei dat de minister meer naar de bijzondere omstandigheden in Werkendam moet kijken. „Veel andere gemeentes hebben de fatale VVE-datum ook niet gehaald, maar die hadden het geld blijkbaar niet hard nodig. Ze hadden het nog op de plank liggen en konden het zo terug betalen. Werkendam heeft het geld al uitgeven en juist daaraan waarvoor het bedoeld was,” zei de wethouder.

Staatsraad J. van der Meer stelde vast dat Werkendam er verstandiger aan had gedaan begin 2002 contact met de minister op te nemen om de bijzondere situatie met de schipperskinderen nog eens uit te leggen.