Dat zei de Noord-Brabantse gedeputeerde E. Janse-De Jonge (Infrastructuur) zaterdagmiddag tijdens de officiële opening van de A59 tussen Rosmalen en Geffen, de eerste publiek-privaat aangelegde snelweg.Minister Peijs (Verkeer), die de A59 opende, ziet wel iets in de aanpak van de vaarweg die door Noord-Brabant en Limburg loopt, via pps. „Als daar interesse voor is vanuit de markt, wil ik dat zeker aanmoedigen”, zei de minister.

Volgens gedeputeerde Janse-De Jonge is er interesse vanuit de markt om het vervallen kanaal aan te pakken. „Het bedrijfsleven garandeert dat het na oplevering tol wil betalen bij het passeren van de sluizen”, zei Janse-De Jonge. De omlegging en het opknappen van het kanaal en de sluizen is hard nodig voor de economische groei in Oost-Brabant.

De Zuid-Willemsvaart werd tussen 1822 en 1826 onder koning Willem I aangelegd en gaat voor een deel door België, dat toen nog samen met Nederland één land vormde. Het kanaal verbindt de Dieze in Den Bosch met de Maas bij Maastricht.

Peijs zelf kondigde aan dat het West-Brabantse deel van de snelweg A4 ook in aanmerking komt voor aanleg volgens het pps-model. Net als bij de A59 is een bouwcombinatie dan verantwoordelijk voor voorfinanciering, ontwerp, aanleg en onderhoud. Het Rijk betaalt de rekening pas als de weg klaar is. Door die manier van werken kunnen allerlei infrastructuurprojecten sneller van de grond komen. Ook is de verwachting dat wegen eerder dan gepland klaar zijn, zoals bij de A59 het geval was.

Peijs kondigde onlangs aan dat er meer grote infrastructurele projecten volgens de pps-methode worden aangepakt. Zo worden de tweede Coentunnel, de A15 (Maasvlakte-Vaanplein) en de A4 (Delft-Schiedam) ook in een publiek-private samenwerking gebouwd.