Het is een vervolg op het toesprakenboek dat bij het koperen jubileum van de vorstin verscheen en bevat 845 voetnoten en verder toelichtingen bij passages die dat volgens de samenstellers behoeven. Het lijkt de koningin grappig om daar nu zelf weer annotaties bij aan te brengen, zei ze donderdag na het in ontvangst nemen van het eerste exemplaar.De samenstellers proberen in hun inleiding de invloed van de Koningin op de toespraken in kaart te brengen. „We hopen dat we zijn geslaagd, maar de enige die dat weet, bent u, Majesteit", aldus Carla van Baalen, een van hen donderdag.

Bij de kersttoespraken is het geen enkel probleem: die schrijft de vorstin zelf. „Verhalen over de vermeende inhoudelijke invloed van Beatrix op de troonrede, verklaren wij met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid als ongegrond", stellen de auteurs verder.

Bij andere belangrijke toespraken, zoals die tijdens staatsbezoeken en die op 5 mei 1995, verschilt het. „De ’buitenlandse’ toespraken mogen dan op het paleis tot stand komen, de hand van de minister van Buitenlandse Zaken is toch duidelijk zichtbaar in de politieke uitspraken die de koningin doet. Aan de andere kant heeft Beatrix wel haar stempel kunnen drukken op, bijvoorbeeld, de 5 mei rede".

Volgens de inleiders heeft de vorstin ’naar beste vermogen’ gebruik gemaakt van haar mogelijkheden om invloed op haar redes uit te oefenen en dat met een „ondubbelzinnige missie: een bijdrage leveren aan een betere wereld". „Ook al is zij dan niet altijd even optimistisch gestemd over de uitkomst van die missie en ook al verpakt zij haar boodschap niet zelden in enigszins verheven woorden, haar betrokkenheid bij het welzijn van de mensen, zowel nationaal als internationaal, is er niet minder om. Alleen in de jaren direct volgend op 1995 lijkt zij in haar uitlatingen iets voorzichtiger te zijn geweest, wellicht als reactie op de publicaties over het vermeende ’Beatrixisme’.

Volgens de samenstellers is kritiek dat het abstractieniveau van de kersttoespraken hoog is, wel op zijn plaats. „Volgens ons komt de boodschap dan ook beter over wanneer men de toespraak leest dan wanneer men deze beluistert".