„Vrouwenstandpunt is beginsel geworden”
GORINCHEM - Wethouder H. Akkerman uit Gorinchem is vanaf woensdag partijloos. Woensdagavond zegt hij op de ledenvergadering officieel zijn lidmaatschap van de SGP op. „Dit is geen impuls, maar het gevolg van een reeds lang bekend standpunt.”
Vanwaar deze opzegging? „Al meer dan dertig jaar heeft de SGP in Gorinchem een vruchtbare samenwerking met de ChristenUnie. Daar komt nu een einde aan. Het hoofdbestuur van de SGP geeft geen toestemming voor onze gecombineerde kandidatenlijst, omdat er een vrouw van de ChristenUnie op een verkiesbare plaats staat. Het vrouwenstandpunt is met dit besluit een beginsel geworden. Alleen een zaak van beginsel mag immers leiden tot het verbreken van een dertigjarige samenwerking. Ik ben zelf van mening dat een vrouw mag deelnemen aan de politiek. Dat betekent dat ik niet meer achter alle beginselen van de partij sta. Dus zeg ik mijn lidmaatschap op.”
Maar in de lijn van de SGP is toch niets veranderd?
„Nee, maar dit keer is het vrouwenstandpunt een argument geweest van het hoofdbestuur om ons te dwingen de samenwerking met de ChristenUnie te verbreken. Dat laatste mag alleen vanwege een gegronde reden. Dat is het vrouwenstandpunt voor mij niet. Een standpunt waar je binnen de partij over discussieert, hoeft geen breekpunt te zijn. Zodra het hoofdbestuur mij dwingt dit naar buiten toe als een breekpunt te gebruiken, wordt de zaak anders.”
Had u dit allemaal verwacht?
„Nee, ik wist wel dat het spannend zou worden, maar dat het zo ver zou komen, heb ik nooit kunnen denken. Ik heb zelf deel uitgemaakt van een werkgroep waarin de samenwerking met de ChristenUnie werd geëvalueerd. Ook enkele leden van het hoofdbestuur zaten in deze werkgroep. De algemene teneur was dat iedere partij vrij moet zijn haar eigen kandidaten te stellen. Later adviseerde de Begeleidingscommissie Samenwerking -met daarin de heren Kolijn, Van Belzen en Zevenbergen- het hoofdbestuur toestemming te verlenen voor onze gezamenlijke kandidatenlijst. Omdat het bestuur slechts bij zeer hoge uitzondering van de adviezen van deze commissie afwijkt, dachten wij dat het in orde was.”
Hoe voelde u zich toen er een definitieve afwijzing kwam?
„Ik had gevoelens van verdriet, boosheid en onmacht. Verdriet omdat hiermee de langdurige vruchtbare samenwerking met de ChristenUnie voorbij is. Ik ben boos over de manier waarop het allemaal is gegaan. Ik had een gevoel van onmacht omdat alle argumenten die wij bij het hoofdbestuur hebben aangedragen er blijkbaar niet toe deden.”
Welke gevolgen heeft het besluit van het hoofdbestuur voor de SGP?
„Er zullen grote problemen binnen de partij ontstaan. Voor mensen die er hetzelfde over denken als ik, is er in de toekomst geen plaats. Dat is bijzonder triest.”
Wat gaat u nu doen?
„Ik weet het nog niet. In ieder geval maak ik deze raadsperiode als wethouder af. Over de vraag wat ik daarna moet gaan doen, ga ik nu nadenken. Ik wil graag politiek actief blijven.”
Dan moet u lid van een partij zijn. Welke?
„In ieder geval ga ik geen eigen partij beginnen. Ik wil absoluut geen scheuring teweegbrengen bij de SGP. Aansluiting bij de ChristenUnie is niet ondenkbaar, maar voorlopig weet ik het nog niet.”