Opinie

Richtlijn palliatieve sedatie

Veel nieuwe richtlijnen over medisch-ethisch handelen bij het begin en het einde van een mensenleven worden in Nederland schouderophalend aangehoord en voor kennisgeving aangenomen. Euthanasie bij dementerenden? Ach, als artsen vinden dat het kan. Een abortus uitvoeren binnen de vijfdaagse beraadtermijn? Als een abortusarts het noodzakelijk acht, geen probleem.

7 December 2005 11:49Gewijzigd op 14 November 2020 03:15

Van een dergelijke lauwe houding is geen sprake ten aanzien van de richtlijn palliatieve sedatie die de artsenorganisatie KNMG vanmiddag presenteerde. Ruim van tevoren blikten diverse media erop vooruit. Onder welke voorwaarden mogen artsen besluiten een patiënt doelbewust in een diepe slaap te brengen om zodoende zijn lijden in de stervensfase te verlichten? In welk stadium mag deze behandeling worden ingezet en welke middelen mogen daarbij worden toegepast?Als partijen zich voortijdig bekommeren om een nog te verschijnen medisch-ethische richtlijn is er vaak wat aan de hand. Zo ook hier. In 2003 drong toenmalig voorzitter van het college van procureurs-generaal mr. J. L. de Wijkerslooth aan op het toetsen van sterfgevallen waaraan sedatie vooraf ging. Zijn standpunt was ingegeven door het stellige vermoeden dat veel artsen euthanasie verrichtten onder het mom van sedatie. Het zou daarbij gaan om artsen die de euthanasiewetgeving wilden omzeilen door in plaats van één dodelijke injectie stap voor stap de dosis morfine te verhogen. Dergelijk medisch handelen hoeft niet bij een toetsingscommissie te worden gemeld.

Diverse Kamerfracties wezen op het schemergebied tussen euthanasie en palliatieve sedatie. Terecht betoogden zij dat beide gebonden dienen te zijn aan richtlijnen om te voorkomen dat artsen over de schreef zouden gaan.

Tegen die achtergrond is het zonder meer verheugend dat de KNMG nu klare wijn heeft geschonken. Eenduidigheid in het medisch-ethisch handelen is van groot belang. Belangrijk is ook dat de artsenorganisatie -voor zover nu bekend- een halt wil toeroepen aan artsen die patiënten vanuit de verkeerde intentie aan de morfinepomp leggen. Zij doet dat door erop te wijzen dat goede palliatieve zorg omkeerbaar is én plaatsvindt met middelen die het sterven niet versnellen. Het verlichten van het stervensproces staat voorop.

Te verwachten is dat veel artsen, nu de richtlijn er is, veel patiënten met een stervenswens op de mogelijkheid van sedatie zullen wijzen. Ervaringen in hospices hebben bovendien laten zien dat veel patiënten afzien van een euthanasieverzoek op het moment dat hun goede palliatieve zorg in het vooruitzicht wordt gesteld. In dat licht is het betreurenswaardig dat het reguleren en bevorderen van palliatieve zorg niet eerder met kracht ter hand is genomen. Ongetwijfeld had dat een rem gezet op de vraag naar euthanasie.

Of dat effect nu alsnog zal optreden, is zeer de vraag. Inmiddels is het gros van de euthanasieverzoeken immers afkomstig van patiënten die nog niet in de stervensfase verkeren, maar die lijden aan de vrees voor een ontluisterend einde. Artsen die dergelijke verzoeken inwilligen, zijn er inmiddels volop. Niet aannemelijk is daarom dat deze patiënten nog van het aanbod van palliatieve zorg gebruik zullen maken. In dat opzicht komt de KNMG-richtlijn helaas veel te laat.

Meer over
Commentaar

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer