Maar omdat advocaten zich niet altijd aan die voorwaarden houden, heeft het bestuur van de orde besloten de regels te verscherpen. Alleen in bijzondere gevallen mag informatie uit de processtukken, zoals processen–verbaal, naar buiten buiten worden gebracht. Dan moet sprake zijn van „ernstige schending van de belangen van de cliënt als gevolg van door anderen aan de zaak gegeven ruchtbaarheid".Algemeen deken van de orde, E. Unger, noemde in een toelichting als voorbeeld daarvan de zaak tegen de inmiddels vrijgesproken marinier Eric O. Het openbaar ministerie liep daarin volgens Unger vooruit op het proces en de toedracht bij het schietincident in Irak waarbij O. betrokken was.

De nieuwe gedragsregel gaat op 1 januari in. Unger benadrukte dat het strafproces in de rechtszaal moet worden gevoerd en niet in de pers. Advocaten mogen media wel te woord blijven staan. Daarbij nemen ze volgens de orde de belangen van de cliënt in acht naast de belangen van de andere betrokkenen bij het proces.

Een advocaat mag alleen informatie verstrekken als een cliënt dat goed vindt. Ook pleitnota’s en stukken van de cliënt zelf die niet onder het begrip processtuk vallen, mogen aan de media worden gegeven.

Advocaten die de aangescherpte gedragscode overtreden, lopen het risico dat ze voor de eigen tuchtrechter (Raad van discipline) moeten verschijnen. Wie daar geen goed verhaal heeft, kan een officiële waarschuwing krijgen. Wie desondanks in de fout blijft gaan, kan worden geschorst.

De orde, de beroepsorganisatie van de bijna 14.000 advocaten in Nederland, gaat ervan uit dat minister Donner (Justitie) dankzij de aangepaste gedragsregel niet met een wet hoeft te komen om het lekken uit strafdossiers te verbieden. De minister had zich eind vorig jaar tegen die praktijk uitgesproken.