Gebruik speciaal onderwijs groeit sterk
DEN HAAG (ANP) – Het onderwijs aan leerlingen met gedragsstoornissen groeit sterk. In anderhalf jaar tijd kwam er een kwart meer leerlingen met gedragsstoornissen, emotionele probolemen en ontwikkelingsstoornissen. Er zijn vooral veel meer leerlingen die naar een gewone school gaan en daar door een extra budget meer begeleiding krijgen (rugzakleerlingen).
De Landelijke Commissie Toezicht Indicatiestelling (LCTI) heeft dit op verzoek van minister Van der Hoeven (Onderwijs) in kaart gebracht. Het aantal leerlingen met een rugzakje werd in twee jaar vijfmaal zo groot. Deze groei kan voor een groot deel op het conto worden geschreven van leerlingen met een stoornis die aan autisme is verwant: 60 procent van de rugzakleerlingen kampt hiermee.Voor de invoering van het rugzakje was er voor autistische leerlingen weinig plaats in het speciaal onderwijs. Speciale scholen voor kinderen met gedragsstoornissen hadden vaak geen aparte voorzieningen voor autisten. Hierdoor dreigden deze in een klas te komen met kinderen die bijvoorbeeld juist heel wild gedrag vertonen.
Als noodvoorziening boden soms scholen voor zeer moeilijk lerende kinderen en zelfs scholen voor lichamelijk gehandicapten opvang aan autistische leerlingen. Sinds deze categorie zorgleerlingen ook met een rugzakje naar een gewone school kan, maakt zij veel gebruik van deze mogelijkheid. De LCTI concludeert dat dit duidelijk in een behoefte voorziet.
De stijging van het aantal leerlingen met gedragsprobelemen komt voor een deel doordat een aantal kinderen vroeger niet meegeteld werd in de onderwijscijfers. De zorg voor onderwijs van een deel van de justitiële jeugdinrichtingen werd overgedragen van het ministerie van Justitie naar het ministerie van OCW.
De LCTI pleit voor nader onderzoek naar de stijging en een verklaring voor verschillen die zich per regio voordoen in onderwijsdeelname. Of er ook meer kinderen met een gedragsstoornis zijn, wijzen de cijfers niet uit.