Houten speelgoed met een Bulgaars sausje
WOUDENBERG - Een Bulgaars sprookje inspireert Jan Zegers in 1995 tot de oprichting van Janbibejan. Inmiddels veroveren de houten rammelaars, duwwagens en kastelen de harten van duizenden kinderen. „Ik ken ouders die hun kind van 5 jaar al achter de pc zetten. Er is echter een groep die bewust blijft kiezen voor hout, ondanks de uiterlijke simpelheid.”
Kinderen in Bulgarije worden groot met het sprookje van Jan Bibijan. Deze kinderheld gaat naar de maan en komt met een knapzak vol ervaringen terug op aarde. Daar vertelt hij dat mensen aardig moeten zijn en behulpzaam.Jan Zegers kent sinds 1994 dit sprookje ook. In dat jaar gaat de jonge bedrijfskundige naar Bulgarije om ideeën op te doen voor een eigen bedrijf. Zo bezoekt hij diverse ondernemingen, waaronder een fabrikant van houten speelgoed. Als hij zijn voornaam noemt, vertelt zijn gesprekspartner over Jan Bibijan.
De reis naar het Oost-Europese land levert weliswaar ideeën op, maar fabrikanten zoekt hij elders. „Bulgarije was destijds een land met corrupte structuren. Nadat ik ook nog een klap in mijn gezicht kreeg, had ik mijn conclusie snel getrokken.”
Zegers zoekt en vindt een geschikte fabrikant in Tsjechië. De naam voor zijn bedrijf ligt dan al vast: Janbibejan. „Bewust heb ik de naam iets aangepast, omdat meer bedrijven de term ”bibi” gebruiken.”
Inmiddels verkoopt Zegers al tien jaar zijn houten speelgoed, zo’n 100.000 artikelen per jaar. Plastic komt er bij hem niet in. „Plastic is een bewerkt olieproduct en voor de natuur lastig af te breken. Ik ben geen wereldverbeteraar, maar ik wil dicht bij de natuur blijven. Uiteraard krijgen we kritiek dat ons speelgoed bomen kost, maar die groeien tenminste nog.”
Zegers merkt dat zijn klanten bewust voor hout kiezen. „Ik ken ouders die hun kind van 5 jaar al achter de pc zetten. Die trend zie ik steeds duidelijker. Er blijft echter een categorie die verantwoord met digitaal speelgoed omgaat.”
Overigens brengt de keuze voor hout enkele beperkingen met zich mee. „Het speelgoed heeft een bepaalde simpelheid. De laatste dertig jaar zijn er weinig ontwikkelingen. Een garage uit de jaren zeventig heeft ook een lift en een garagedeur. De vernieuwing zit vaak in het ontwerp, niet in de functionaliteit.”
Janbibejan zetelt in een afgelegen boerderij in Woudenberg. Op zolder staan de producten uitgestald. Van een poppenwagen voor dochterlief tot een kasteel voor de stoere zoon. Met een vrolijke weekplanner van hout is zelfs aan moeder gedacht. Humoristische figuurtjes -alles eigen ontwerp- sieren het hout. Het totale assortiment omvat een kleine 300 artikelen.
Op een tafel staat een gevarendriehoek met daarin de tekst ”Pas op, gastvrouw worden kan aangename gevolgen voor u hebben”. Zegers werkt met 200 demonstratrices die tijdens thuisparty’s hun waar proberen te verkopen. „Aan ons zelfgemaakte speelgoed hangt een hoog prijskaartje. Dat moeten we uitleggen en dat kost tijd. Die ruimte is er op party’s, vergelijkbaar met de Tupperwareavonden. Verder is gezelligheid belangrijk, een avond moet vooral een feestje zijn.”
Op een informatieavond krijgen demonstratrices uitleg over producten en prijzen. „We werken met eigen ontwerpen, hout is duur en de productie is erg arbeidsintensief. Ik ben eens met een dertigtal dames naar Tsjechië gevlogen. Toen ze zagen dat voor een duwwagen van 69,50 euro 120 handelingen nodig zijn, verstomde hun kritiek op de hoge prijzen.”
Arbeid is goedkoper in Tsjechië, maar ook daar stijgen de lonen. Zegers richt zijn blik nu ook op China, al groeit daar geen beuk of berk. „We brengen het hout naar China toe en na productie vervoeren we het speelgoed naar Nederland. Uiterlijk is er dan bijna geen verschil tussen een trein uit China en eentje uit Tsjechië.”
Op speciale Janbibejandagen is Zegers de enige man tussen vele tientallen dames. „Geen probleem. Als hier een dame aan het roer zou staan, levert dat wellicht wrijving op. Vrouwen laten zich door een man prima sturen.”
Zegers past ervoor om ’zijn’ vrouwen ambitieuze verkoopdoelstellingen op te leggen. „We streven naar een inspanningsintentie van ongeveer één party per week. Sommige dames komen echter slechts aan dertig per jaar, maar daarvoor krijgen ze echt geen straf. Iedereen mag zijn eigen manier kiezen, we leiden geen agressieve verkopers op. En eerlijk is eerlijk: het is hard werken om een leuk bedrag te verdienen. Ze worden er niet steenrijk van.”