Celstraf en vrijspraken in eerste UÇK-vonnis
DEN HAAG (ANP) – In zijn eerste vonnis tegen ex-strijders van het Kosovo-Bevrijdingsleger (UÇK) heeft het Joegoslavië-tribunaal woensdag een celstraf opgelegd van dertien jaar aan Haradin Bala (48) wegens onder meer moord.
Fatmir Limaj (34) en Isak Musliu (35) zijn vrijgesproken op alle punten van de aanklacht bij gebrek aan bewijs.De rechters achten bewezen dat Bala heeft meegedaan aan de moord op negen gevangenen. Hij volgde daarbij bevelen op, waarmee rekening is gehouden bij de bepaling van de strafmaat.
Het UÇK-vonnis is de eerste uitspraak van het VN-hof in Den Haag inzake oorlogsmisdaden in Kosovo. In die Servische provincie escaleerde het conflict tussen het Jeogoslavische leger en de Servische politie enerzijds en het UÇK anderzijds in 1998/99 steeds verder, totdat de NAVO aan de kant van de Albanezen ingreep. Voor misdaden van de andere kant staat ex-president Milosevic van Joegoslavië terecht voor het tribunaal.
De rechters – de Australiër Parker, de Zweed Thelin en de Belgische Van Den Wyngaert – achten bewezen dat het kamp Lapusnik wel degelijk bestond, in weerwil van de ontkenningen van de verdediging. In dat kamp werden in 1998 Servische burgers vastgehouden, evenals etnische Albanezen die weigerden het UÇK te steunen.
Op basis van het door de VN-aanklagers geleverde bewijs achten de rechters een rol van de UÇK-commandanten Limaj en Musliu in het kamp echter niet bewezen. De rol van Bala als kampbewaker en deelnemer aan een massaexecutie daarentegen hebben de magistraten als boven redelijke twijfel bewezen geacht.
Tientallen sympathisanten van de verdachten waren voor de uitspraak naar Den Haag gekomen. Die reageerden met luid gejuich op de publieke tribune, toen de eerste vrijspraak bekend werd gemaakt.