Bonden en oppositie kraken armoedebeleid
DEN HAAG - De grote oppositiepartijen en de vakbonden hebben dinsdag hard uitgehaald naar het kabinet in reactie op een rapport over armoede in Nederland. Het aantal huishoudens met een laag inkomen blijkt in drie jaar tijd te zijn toegenomen met 100.000.
Dit jaar telt Nederland ruim 680.000 huishoudens die moeten rondkomen van een minimuminkomen. Onderzoekers van het Sociaal en Cultureel Planbureau en van het Centraal Bureau voor de Statistiek hebben dat vastgesteld in de Armoedemonitor 2005. Allochtonen zijn oververtegenwoordigd in de armoedestatistiek.Volgens het PvdA-Kamerlid Noorman blijkt uit de „schokkende uitkomsten” van de monitor dat de toenemende financiële problemen van mensen te wijten zijn aan het „bikkelharde kabinetsbeleid.”
GroenLinks-Kamerlid Van Gent sluit zich hierbij aan. „Er wordt wel geld getrokken uit meevallers voor kruisraketten, maar voor armoedebeleid blijft de hand op de knip.”
Het SP-Kamerlid De Wit wil dat het kabinet dit jaar 150 miljoen euro uittrekt om ieder huishouden met een laag inkomen voor de kerst een armoedetoeslag te geven.
De vakcentrales FNV en CNV noemen de cijfers zorgwekkend. Zij maken het kabinet stevige verwijten, onder meer wegens de bezuinigingen op het arbeidsmarktbeleid. De FNV vreest dat de cijfers nog somberder zijn dan blijkt uit de Armoedemonitor.
Het CNV vindt de reactie van staatssecretaris Van Hoof van Sociale Zaken dat werk het beste medicijn is tegen armoede, „kort door de bocht.” Hij gaat eraan voorbij dat ook mensen met werk tot de groep armen behoren. „Bovendien, er moet wel werk zijn. En voor de groep allochtone ouderen gaat dat al helemaal niet op.”
Ruim één op de tien huishoudens (10,5 procent) valt dit jaar in de laagste inkomenscategorie. Drie jaar geleden bedroeg dit percentage nog 8,8; het laagste niveau sinds 1985. Maar sinds de laatste meting neemt het aantal Nederlanders met een laag inkomen weer toe. Nederlanders met een Turkse, Marokkaanse, Antilliaanse, Somalische, Afghaanse of Iraakse achtergrond zijn relatief veel vaker arm dan de gemiddelde allochtoon.
De rapportage bevat niet alleen slecht nieuws. Zo neemt de armoede in 2006 naar verwachting weer iets af. Dan moet 9,7 procent van de huishoudens het doen met een laag inkomen. Daarmee is de armoede terug op het niveau van 2003.
Vicefractievoorzitter Verburg van de grootste coalitiepartij CDA benadrukt deze positieve kanten. „Het laat zien dat we een aantal hele moeilijke economische jaren achter de rug hebben, maar ook dat de armoede volgend jaar afneemt.”
Het CDA maakt zich wel zorgen over het toenemend aantal mensen met schulden en het feit dat meer mensen met een baan moeite hebben om rond te komen. Zij wijst erop dat ze minister De Geus van Sociale Zaken eind oktober ook heeft gevraagd om onderzoek te laten doen naar redenen waarom meer mensen met schulden kampen en een beroep moeten doen op voedselbanken.