Grote fraude in Anglicaanse Kerk Mexico
Een financieel onderzoek door de Amerikaanse Anglicaanse Kerk (Episcopal Church) heeft grootscheepse fraude binnen de Mexicaanse dochterkerk naar boven gehaald. Volgens het rapport hebben twee anglicaanse geestelijken, Samuel Espinoza, primaat van Mexico en bisschop van West-Mexico, en Germán Martínez Márquez, bisschop van Noord-Mexico, sinds 1995 tweederde van het geld dat bestemd was voor hun bisdom, voor privé-doeleinden gebruikt.
Het gaat om miljoenen dollars. Het rapport heeft nog een ander schokkend feit aan het licht gebracht: bisschop Martínez Márquez blijkt zelfs geen lid te zijn van de Anglicaanse Kerk. Hij is rooms-katholiek.
Als gevolg van het rapport heeft de Amerikaanse kerk haar jaarlijkse bijdrage van 700.000 dollar aan de Mexicaanse dochterkerk voorlopig opgeschort. Dit bericht de Episcopal News Service.
Het onderzoek dat de fraude aan het licht bracht, begon toen vorig jaar bisschop Martínez het bestuur van zijn bisdom vroeg 220.000 dollar te betalen voor een pand dat hij aan het bouwen was in een exclusieve buurt van Monterey. Martínez was tot de conclusie gekomen dat het huis, waar hij na zijn pensionering wilde gaan wonen, niet erg praktisch was. Het bestuur stemde bijna unaniem tegen het plan.
Maar in januari van dit jaar verkreeg bisschop Martínez op frauduleuze wijze de benodigde handtekeningen onder een contract dat voorzag in de aankoop van twee woningen. De oplichterij werd twee maanden later door het bestuur van het bisdom ontdekt. Nader onderzoek bracht aan het licht dat de bisschop al eerder geld van de kerk voor persoonlijke doeleinden had aangewend. Eigendommen van de kerk die Martínez zou hebben opgeknapt, bleken verlaten te zijn.
„Ze hadden hun eigen bedrijfjes”, zegt Federico Sierra, penningmeester van de Anglicaanse Kerk van Mexico. „We weten nog steeds niet zeker waar al het geld is gebleven.”
Het onderzoek bevestigt ook geruchten dat de bisschop zo’n dertig zondagen per jaar, waarop hij geen bezoek van superieuren verwacht, de rooms-katholieke kerk van Monterey bezoekt. In deze kerk zijn al zijn kinderen gedoopt en getrouwd. De vrouw van de bisschop, María, zou vrouwen van anglicaanse geestelijken verbaal mishandeld hebben door te zeggen dat ze niet bij „het ware katholieke geloof horen.” Het is niet duidelijk of de bisschop ooit lid is geworden van de Anglicaanse Kerk.
In West-Mexico heeft bisschop Espinoza een nog grotere roofbuit verzameld, zegt penningmeester Sierra. Espinoza ontving ten minste 1 miljoen dollar als omkoopsom van bouwbedrijven voor werk dat ze nooit uitgevoerd hadden.
De accountants van de Amerikaanse moederkerk menen dat de fraude verschillende oorzaken heeft. In de eerste plaats speelt de Mexicaanse grondwet een rol. Sinds de Mexicaanse Revolutie in 1910 is het verboden voor de kerk om op eigen naam bezittingen te hebben. Tot 1990 werden anglicaanse eigendommen daarom geregistreerd onder de naam van de priester. In een aantal bisdommen in Mexico is dat altijd zo gebleven. De anglicaanse priesters stalen dus geld dat op hun eigen naam stond. Mogelijk wordt het erg lastig voor de Anglicaanse Kerk van Mexico om juridisch hard te maken dat de bisschoppen fout zaten.
Ook is het de vraag of het mogelijk is de grijpgrage geestelijken uit het ambt te ontzetten. Toen de kerk van Mexico in 1995 onafhankelijk werd, nam ze de kerkorde van de anglicaanse moederkerk over. Die schrijft voor dat bisschoppen alleen uit hun ambt kunnen worden gezet als ze schuldig zijn aan een criminele daad, of als ze het geloof hebben vaarwel gezegd. De kerk zal dus moeten bewijzen dat de geestelijken het geld verkeerd hebben gebruikt.
Extra gecompliceerd wordt de zaak doordat het geld afkomstig is van de Anglicaanse Kerk in de Verenigde Staten. De benadeelde partij bevindt zich dus in het buitenland. De Amerikanen blijken zich niet met interne affaires van de Mexicaanse anglicanen te willen bemoeien.
De Amerikaanse kerk heeft de bisschoppen gevraagd af te treden. Toe nu toe weigeren de twee hun ambt neer te leggen. Maar het Amerikaanse kerkverband heeft een sterke troef: het betaalt 70 procent van de begroting van de Mexicaanse dochterkerk. Deze subsidie wordt voorlopig niet meer gegeven.