Zusjes Kas: Het was ook heel gezellig
RIJSWIJK - Linda (15) en Arenda (14) Kas zijn terug in Nederland en maken het goed. Ze kijken met gemengde gevoelens terug op de maandenlange vlucht met hun ouders en twee zusjes. Maar ook hun terugkeer heeft twee kanten: „Toen waren we tenminste samen. Het is heel erg wennen om nu zonder onze zusjes en moeder te zijn.”
Het gezin uit Zeist, vader, moeder en vier kinderen, verdween begin augustus nadat de rijschool van de vader failliet was gegaan en er een poging tot brandstichting was gedaan in de woning van het gezin. De Duitse politie trof het gezin na maanden aan in een bos in de buurt van München. De vader werd aangehouden op verdenking van oplichting en poging tot brandstichting in zijn eigen huis. In totaal is er tegen hem 29 keer aangifte gedaan van oplichting.Ruim een week na hun terugkeer uit Duitsland zaten de zusjes gisteren op de bank bij een pleeggezin. Op dat geheime adres doen ze hun verhaal. Ze hadden wel eens iets op de radio opgevangen, maar pas terug in Nederland kwamen ze erachter dat ze voorpaginanieuws waren geweest. „Daar schrok ik wel een beetje van. De verhalen die niet klopten. We zijn nooit in Hardenberg of in Slagharen geweest, zoals de media berichtten. En de negatieve toon. Het was ook heel gezellig, hoor”, vertelt Arenda.
Het gezin zwierf rond, eerst in Zeeland, later in Duitsland. Linda: „We speelden of gingen winkelen. En we hebben ook een keer een klooster bezocht. Ik tekende heel veel, we luisterden naar muziek of we gingen wandelen. Onze ouders hadden gezegd dat het moeilijk was om thuis te blijven. En dat we voor een lange tijd weg zouden gaan, maar niet voor altijd. We vroegen er niet naar, dat niet”, aldus Arenda. ’s Nachts sliep het gezin in de auto, in slaapzakken.
Bang zijn ze niet geweest. „We moesten alleen uitkijken dat niemand ons herkende, maar in Duitsland was die kans niet zo groot. En we waren naar de kapper geweest, dus we zagen er ook anders uit.” Ze voelden zich niet gedwongen. „We mochten alles zeggen en alles gewoon vragen. Mijn vader zei ook dat, als we terug wilden, we dat zelf mochten weten. Maar ja, hoe doe je dat? Ik wist niet eens waar mijn broers woonden”, vertelt Arenda.
Niet alles was leuk. Zo miste Linda haar vriendinnen en klasgenoten. „En ik zou op stage gaan, dat zou ik heel leuk gevonden hebben.” Contact met familie of vrienden hebben de zusjes al die maanden niet gehad. Ze waren aangewezen op hun ouders en zusjes Paula (12) en Anneke (10).
Linda schrok niet toen de politie een einde maakte aan de vlucht. „Mijn zusje begon gelijk te huilen.” Dat het gezin op het politiebureau werd gescheiden, was moeilijker. „Ik was liever langer bij mijn ouders gebleven. Nu moeten we elkaar verlaten, dat dacht ik alleen maar”, aldus Arenda.
Een gezinsvoogd van de Stichting Gereformeerde Jeugdzorg is de brug naar hun moeder, zusjes en de twee broers die al eerder uit huis waren geplaatst. Het contact is beperkt tot brieven.
Gelukkig hebben ze hun zusjes nog even gezien, onverwachts tijdens het winkelen. Arenda: „Hoor ik ineens mijn naam. Even later zie ik Anneke de bocht om scheuren. Wij meteen knuffelen en kleding voor elkaar uitkiezen. We weten nu hoe het met ze gaat, dat is een fijn idee.” Linda mist haar broers erg. „Zeker vandaag. Onze oudste broer, Evert, wordt vandaag achttien. Ik wil hem graag feliciteren, maar dat kan nu niet.”
De zusjes willen nu vooral een normaal leven leiden. Arenda hoopt dat er geen verhalen meer in de media verschijnen. „Ze hebben zo veel dingen geschreven die niet waar zijn. Dat we altijd een apart en stil gezin waren. Daar weten ze niks van. Ik vond dat we een normaal gezin hadden. En ik ken mijn vader goed genoeg: hij zou nooit iets kwaads doen.”