„Rechterlijke macht moet meer verdienen”
DEN HAAG (ANP) - De rechterlijke macht gaat zo’n 30 procent meer verdienen, gemeenteraadsleden gaan er zo’n 15 procent op vooruit en de commissarissen van de koningin worden op de nullijn gezet.
Dat stelt een commissie onder leiding van oud-minister Dijkstal voor aan het kabinet.Vorig jaar kwam de commissie al met de aanbeveling om de salarissen van de ministers met 30 procent te verhogen. Wat het kabinet betreft, gaat dat de volgende regeerperiode in. Voor de commissie-Dijkstal was dat besluit het sein om met de volgende stap te komen, een voorstel over „beloningsverhoudingen” voor volksvertegenwoordigers en bestuurders.
De commissie heeft in kaart gebracht hoeveel de beloningen sinds 1970 zijn achtergebleven bij de loonontwikkeling bij ambtenaren en bij het bedrijfsleven. Bovendien geldt als uitgangspunt dat de dienaren van het volk niet meer gaan verdienen dan hun hoogste baas, de minister. Commissarissen van de koningin en burgemeesters van grote steden komen uit op hoogstens 85 procent van het salaris van een minister, voorzitters van waterschappen en wethouders op maximaal 70 procent en gedeputeerden op niet meer dan 60 procent.
Dijkstal blijft vinden dat het bij de ministers niet moet blijven bij een salarisverhoging van 30 procent. Als gekeken wordt naar werkdruk, verantwoordelijkheid en arbeidsmarkt zou een extra verhoging van 20 procent gerechtvaardigd zijn om de salarissen meer in verhouding te brengen tot wat een minister in het bedrijfsleven zou kunnen verdienen. Dijkstal vreest dat het werken bij de overheid niet aantrekkelijk genoeg zal zijn door de naar verhouding lage salarissen.
De commissie-Dijkstal heeft daarover echter geen aanbevelingen gedaan en bovendien vindt minister Remkes (Binnenlandse Zaken) het te vroeg om daarover uitspraken te doen. Hij wil allereerst aan de slag met de beloningsverhoudingen zoals de commissie die nu voorstelt.
De commissie heeft niet alleen gekeken naar achterstanden in de afgelopen jaren, maar ook naar onkosten en neveninkomsten. De vaste onkostenvergoedingen bij de overheid zijn in de loop der jaren uiteengelopen en de commissie Dijkstal wil ze „harmoniseren” en brengen op 6 procent van het salaris, met uitzondering van gemeenteraadsleden en leden van provinciale staten, die uitkomen op 10 procent.
Voor de neveninkomsten van de fulltime ambtsdragers, zoals de commissarissen van de koningin, stelt de commissie eenzelfde regeling voor als voor leden van de Tweede Kamer, die een deel moeten verrekenen met hun salaris, dat officieel schadeloosstelling heet. Als het bij de neveninkomsten gaat om publieke functies die samenhangen met het ambt, moeten ze wat de commissie betreft geheel worden teruggestort naar de overheid.