Na afloop van het overleg sprak de Amerikaanse KEDO-afgevaardigde ambassadeur Joseph DiTrani van een ”doodssteek” voor het project, dat al jaren op z’n schema achterligt. Het project stamt uit 1994 toen de VS, Zuid-Korea, Japan en de EU het regime in Pyongyang twee lichtwaterreactoren beloofden. Als tegenprestatie zou het Noord-Koreaanse regime afzien van z’n kernwapenambities.Het was een compromis, nadat de regering-Clinton tot de conclusie was gekomen dat Pyongyang voldoende plutonium had geproduceerd voor ten minste drie kernbommen. Noord-Korea ontkende dat het werkte aan een kernwapenprogramma, maar zei dat men kernenergie nodig had voor opwekking van elektricitreit. Vandaar de belofte van de VS plus partners om via het KEDO-project twee lichtwaterreactoren te bouwen.

Ondanks alle beloften en druk zette Pyongyang z’n kernprogramma echter voort. Dat leidde enkele jaren geleden tot een nieuwe crisis, nu met de regering-Bush. Twee jaar geleden werd daarom de bouw van de lichtwaterreactoren al opgeschort. Volgens DiTrani is het project nu „definitief” van de baan.

Pyongyang zei eerder dit jaar dat de levering van de lichtwaterreactoren een „voorwaarde” was voor het opgeven van kernambities. President Bush zei vorige week tijdens de Aziatische top in Zuid-Korea dat Noord-Korea eerst alle kernwapenambities moet opgeven, voordat levering van de twee reactoren overwogen kan worden. De laatste besprekingen over deze problematiek eindigden eerder deze maand zonder noemenswaardig resultaat.