Kamer oneens met korten kinderbijslag
DEN HAAG - Staatssecretaris Van Hoof van Sociale Zaken denkt erover ouders van kinderen van 16 en 17 jaar die zonder diploma hun school verlaten, te korten op de kinderbijslag. „Dat spoort ouders aan verantwoordelijkheid voor hun kinderen te nemen.” Een Kamermeerderheid van CDA en PvdA ziet niets in zijn plan.
Op een bijeenkomst van de Sociale Verzekeringsbank zei Van Hoof vrijdag zich zorgen te maken over het aantal jongeren van 16 en 17 jaar dat voortijdig de school verlaat. Zonder diploma zijn ze kansloos op de arbeidsmarkt, stelde hij. Het kabinet heeft daarom tal van maatregelen getroffen om de schoolverlaters te helpen. Willen die daar niet aan meewerken, dan kunnen ze worden gekort op hun bijstandsuitkering als ze die aanvragen. Bovendien overweegt Van Hoof te korten op de kinderbijslag die hun ouders voor hen ontvangen.Een Kamermeerderheid van CDA en PvdA wijst de strafkorting af. „Handen af van de kinderbijslag”, zegt Tweede Kamerlid Verburg van het CDA. Volgens haar moet de overheid ervoor zorgen dat het niet zover komt dat jongeren zonder diploma de school verlaten. Gezinscoaches, leerplichtambtenaren en spijbelcoördinatoren moeten veel eerder ingrijpen als jongeren het erbij laten zitten, vindt Verburg.
Volgens PvdA-Kamerlid Bussemaker is het maar de vraag of het straffen van ouders van schoolverlaters werkt. Er zijn al genoeg andere plannen die jongeren aan een startkwalificatie voor de arbeidsmarkt moeten helpen, stelt ze. Zo moeten bedrijven die hen opleiden en werk bieden, geen risico lopen als de jongeren in zo’n leer-werkbaan ziek worden.
Overigens zegt Van Hoof dat hij naast een mogelijke strafkorting voor schoolverlaters geen grote wijzigingen wil aanbrengen in de regels voor kinderbijslag.
De staatssecretaris bestreed gisteren dat Nederland internationaal gezien ouders weinig overheidssteun geeft voor hun kinderen. Behalve de kinderbijslag die ouders ontvangen, hoeven ze ook geen lesgeld meer te betalen voor 16- en 17-jarigen. Bovendien maakt het kabinet 200 miljoen euro extra vrij voor kinderopvang.