„De velden zijn écht wit om te oogsten”
ROTTERDAM - De 2,5 miljoen allochtonen die Nederland inmiddels telt met het Evangelie bereiken. Dat is het grote doel, de „dróóm” van de stichting Netwerk International Church Plants (ICP), die vandaag van start gaat. Voortrekker Theo Visser: „De velden zijn wit om te oogsten.”
Visser is als evangelist verbonden aan de International Christian Fellowship (ICF) in Rotterdam-Charlois. Deze multiculturele gemeente ontstond vijf jaar geleden en telt op dit moment ongeveer 170 leden, voor het grootste deel allochtonen. De ICF, een zogeheten zendingsgemeente binnen de Christelijke Gereformeerde Kerken, baseert zich „op het geloofsgoed van de Reformatie, is sterk naar buiten gericht en streeft vooral naar het bereiken van moslims - omdat er voor deze groep tot op heden nauwelijks evangelisten zijn.”Geleidelijk aan rijpte het plan om ook in andere steden multiculturele gemeenten te stichten, aldus de evangelist. „Eigenlijk vind ik het zelfs onbegrijpelijk dat dit tot nu toe niet is gebeurd. Nederland telt intussen zo’n 2,5 miljoen allochtonen, en de overgrote meerderheid heeft nog nooit een Nederlands christen ontmoet. De velden zijn écht wit om te oogsten.”
Vandaag worden de plannen van de stichting Netwerk ICP in Rotterdam gepresenteerd. Wat haar voor ogen staat, is dat gemeenten in de steden multiculturele dochtergemeenten gaan oprichten.
Visser: „Waarom dochtergemeenten? Allochtonen die tot geloof komen, kunnen toch lid worden van een bestaande gemeente? Jawel, maar zo werkt het in de praktijk niet. Stel dat ik als Hollander in Afrika christen word. De gemeente verzekert me dat ik van harte welkom ben. En toch voel ik me er niet thuis, alleen al niet omdat ik een nuchtere Hollander ben die helemaal niet kan wennen aan al die uitbundigheid. Omgekeerd geldt hetzelfde.”
Maar in een multiculturele gemeente zal toch ook niet elke cultuur zich thuis voelen? „De multiculturele gemeenten die wij beogen, zijn georganiseerd in kleine netwerken, waarbinnen elke cultuur een plaats kan krijgen. Doordeweeks komen deze afzonderlijk samen, in Bijbelstudiegroepen bijvoorbeeld; zondags komen alle gemeenteleden bij elkaar in de eredienst. En bij de ICF proberen we zo’n dienst dan zo in te richten dat zowel ingetogen Chinese en Arabische leden als uitbundige Afrikaanse en Zuid-Amerikaanse zich op hun plaats weten.”
Het is niet de bedoeling dat in andere steden straks „klonen” van de Rotterdamse ICF komen, zegt Visser. „Elke stad heeft zijn eigen sfeer, en ook elke gemeente is anders. De moedergemeente hoeft ook niet christelijk gereformeerd te zijn.”
Volgens het ICP-beleidsdocument zouden in het hele land toch „gevestigde gemeenten te vinden moeten zijn die verlangen naar een mooie en gezonde dochter. Zulke gemeenten zijn te verenigen in een netwerk: International Church Plants (ICP). Via dit netwerk zouden ze overleg kunnen hebben, elkaar kunnen motiveren en gebruikmaken van elkaars ervaring.”
ICP moet de komende jaren gestalte krijgen. „Belangrijk hierbij is dat ICP nadrukkelijk niet bedoeld is als een nieuwe denominatie. Het moet een netwerk worden dat dwars door bestaande kerken heenloopt.”
Visser neemt de rol van voortrekker op zich. Voor dit doel wordt hij de eerste tijd voor „een paar dagdelen per week” vrijgesteld van zijn werk voor de ICF. Deze zal hem uitzenden als buitengewoon zendingswerker. „En als alles goed gaat, kan ik misschien na een paar jaar helemaal voor ICP gaan werken.”
De Rotterdamse evangelist benadrukt dat het „niet de bedoeling is dat ICP een soort theo-toko, een theo-cratie wordt. Maar er ligt zo’n ontzaglijk groot werkveld. En dat willen we onder de aandacht van de reformatorische kerken brengen.”
Helemaal van onderaf te beginnen hoeft de stichting niet. In Den Haag bevindt zich al een internationale gemeente in de opstartfase, gelieerd aan de hervormde gemeente binnen de Protestantse Kerk. In Amsterdam wordt in januari vanuit de christelijke gereformeerde kerk De Bron een multiculturele dochtergemeente gestart. De cgk van Utrecht-West besloot in oktober een multiculturele dochtergemeente te gaan stichten. Ook in Maastricht en Apeldoorn zijn plannen, en de bedoeling is dat er in steden als Middelburg en Leeuwarden eveneens projecten worden opgestart. En vanuit Nederland worden contacten gelegd met andere Europese steden.
ICP is een partnerschap aangegaan met de Redeemer Presbyterian Church, een missionaire gemeente in New York, geleid door Tim Keller. Het bestuur van de stichting Netwerk ICP wordt gevormd door de gemeentestichters die functioneren binnen ICP, aangevuld met mensen met „administratieve en organisatorische gaven.” Met opzet is, aldus het beleidsdocument, niet gekozen voor een extern bestuur, „om de organisatorische slagkracht te optimaliseren.”
Wel werkt het bestuur samen met een raad van advies. Leden van deze raad komen uit verschillende kerkverbanden. Het betreft ds. H. van den Belt (PKN), Stefan Paas (CGK), Jan Hoogendoorn (GG) en Marco Vermin (stichting Gave).
Om de „droom” te verwezenlijken, is veel geld nodig, zegt Visser. „Om te beginnen minstens een ton. Maar omdat we ook over de grenzen van ons kleine landje willen gaan en ons mede willen richten op de moslimwereld, zullen er in de toekomst miljoenen euro’s nodig zijn. Veel geld. Maar, denk ik dan: waar kun je je geld beter aan uitgeven dan aan projecten die eeuwigheidswaarde hebben?”