Wilhelmus in Marokkaanse medina
MARRAKECH (ANP) - Een winkeltje met van autobanden vervaardigde emmers aan de ene kant, een zaakje met heerlijk geurende en vrolijke ogende kruiden in alle kleuren aan de andere kant. In de medina van het Marokkaanse Marrakech klinkt opeens het Wilhelmus. En ”Oranje boven”.
Nederlandse toeristen zijn overal en dus ook dinsdag in de oude stad van Marrakech, als prins Willem-Alexander en zijn vrouw Máxima daar kijken hoe microkredieten -kleine leningen- zelfstandigen het werken mogelijk hebben gemaakt.Het paar, op bezoek in het kader van 400 jaar betrekkingen met Marokko, laat het huldeblijk van het handjevol blij verraste Oranjeklanten glimlachend over zich heenkomen. Het is een kleurrijke ochtend in de medina geweest. Prins en prinses bezochten eerst Al Amana, een non-gouvernementele organisatie die verspreid over heel Marokko 235.000 kleine leningen heeft gegeven aan mensen die bij een echte bank niet in aanmerking zouden komen en zich anders tot geldwoekeraars zouden moeten wenden, die soms 200 procent rente vragen.
Al Amana kan ook niet van de wind bestaan en vraagt 13 procent, maar bijna iedereen kan dat na het opzetten van een klein zaakje opbrengen. „99,6 procent wordt terugbetaald”, vertelt Willem-Alexander later. Hij is duidelijk enthousiast over wat het stokpaardje van zijn vrouw is. De mensen weten hun inkomen dankzij een microkrediet vaak te verdubbelen.
Sidi Mohammed, geboren in 1964, heeft een eigen naaiateliertje, waar hij werkt met verscheidene materialen. Hij is echt gered met het microkrediet, vertelt hij na afloop van het bezoek van de prins en prinses. Mohammed was erg vereerd met de hoge gasten in zijn kleine onderkomen: „Ze wilden precies weten met wat voor spullen ik werk”, zegt hij en toont zijn verlegen lach.
Het is een bijzondere vertoning in de medina. Twee grote blonde mensen worden gevolgd door een batterij Nederlandse en Marokkaanse pers, her en der kleine opstoppingen veroorzakend. De omwonenden kijken verbaasd of geamuseerd. „Geen idee wie het zijn”, bekent de één. „Ja, hém ken ik wel, hij is de kleinzoon van Juliana. Ja, ik heb familie in Nederland, ik weet dat allemaal.”
In de optocht lopen ook de twaalf Nederlandse jongeren mee die op kosten van het Oranjefonds de reis van prins en prinses deels mogen meemaken. Het valt ze zwaar, zo blijkt wel. Ze zijn tussen de 18 en de 23 jaar, maar ze zijn moe. Leuk is het wel, interessant zeker, belangrijk absoluut. Maar al die indrukken in dat voor de meesten toch vreemde land hakken erin. En de gesprekken met prins en prinses, over waterbeheer, over de kleine leningen. Je hebt heel wat te verstouwen. Zei de prins nou dat je 1000 liter water nodig had voor een kilo graan? Nee, rijst! Of toch graan?
Prins Willem-Alexander vertelde er in elk geval erg enthousiast over. Zijn vrouw en hij vinden het heel belangrijk vooral aan de generatie waarvan zij het koninklijk paar zullen zijn, te laten zien waar zij mee bezig zijn.
Over belangstelling van ook de Marokkaanse pers heeft het paar niet te klagen. Het televisiejournaal besteedt er herhaaldelijk minutenlange reportages aan en ook de kranten drukken flinke foto’s af. De laatste editie van dagblad Le Matin toonde koning Mohammed en prins Willem-Alexander levensgroot op de voorpagina. Binnenin een plaat van Máxima en de vrouw van de koning, Lalla Salma. Dat was nogal verbazend, want de Nederlandse pers was bij die ontmoeting weggehouden. Niemand weet waarom.