Brinkhorst bezorgd over verloop handelsronde
DEN HAAG (ANP) – Minister Brinkhorst van Economische Zaken is bezorgd over het verloop van de onderhandelingen over een vrijere wereldhandel. Dat bleek woensdag in de Tweede Kamer tijdens een debat over de handelsbesprekingen. De landbouw vormt tijdens de onderhandelingen het gevoeligste onderwerp.
Volgende maand is er in Hongkong een ministersconferentie die in een voorlopig handelsakkoord moet uitmonden. De onderhandelingen in het kader van de zogeheten Doha–ronde moeten vooral de positie van ontwikkelingslanden verbeteren. Deze week opperden belangrijke spelers zoals India en Brazilië de ambities voor Hongkong naar beneden bij te stellen omdat er maar weinig vooruitgang wordt geboekt.Brinkhorst noemde het landbouwdossier „buitengewoon ingewikkeld en kwetsbaar" en deelde de zorg in de Kamer dat de conferentie in Honkong op een mislukking zou kunnen uitdraaien. De bewindsman ging niet in op de vraag of er van de Europese Unie nog nieuwe initiatieven te verwachten zijn. De onderhandelingen gaan nu onder meer over een voorstel om de Europese invoertarieven voor landbouwproducten verder te verlagen.
Vooral de EU en de Verenigde Staten staan onder druk om verdere toezeggingen te doen. Ze steunen hun landbouwsector jaarlijks met miljarden. Ontwikkelingslanden kunnen daardoor hun eigen producten moeilijk kwijt. Binnen de EU voelt Frankrijk, dat een groot deel van de landbouwsteun ontvangt, weinig voor verdere consessies.
Een aantal fracties vroeg zich tijdens het debat af of de ontwikkelingslanden er in deze handelsronde wel beter af zullen komen. De handelsbesprekingen beginnen volgens woordvoerder Slob van de ChristenUnie op een „ordinaire strijd van geven en nemen" uit te draaien in plaats van een ontwikkelingsronde.
Volgens Brinkhorst is het uit de tijd om nog van „de ontwikkelingslanden" te spreken omdat er sprake is van steeds grotere onderlinge verschillen. Met het oog op de groei die landen als China en India doormaken, is het dan ook logisch dat het westen zeker van de ontwikkelingslanden die economisch al wat verder zijn een inspanning vraagt, zo zei staatssecretaris Van Gennip tijdens het debat met de Kamercommissie voor Economische Zaken.
De rijke landen vragen in ruil voor concessies op landbouwbied gebied meer markttoegang voor diensten en industrieproducten in ontwikkelingslanden. Op het gebied van de diensten zijn er inmiddels wel voorstellen gedaan, maar die hebben volgens de Nederlandse bewindslieden weinig om het lijf.