Opinie

Crisis in Frankrijk

Wat een rust kan er uitgaan van een groep Franse mannen, jong of oud, die urenlang geconcentreerd bezig zijn met het jeu de boules. De zware metalen ballen dienden zondag een geheel ander doel. Relschoppers kogelden ze omlaag vanaf de daken van een flatgebouw, in de richting van de helmen van de mobiele eenheid.

7 November 2005 12:09Gewijzigd op 14 November 2020 03:08

De Parijse rellen hebben zich inmiddels over het hele land verspreid, zelfs naar zuidelijke steden als Toulouse en Marseille.Anderhalve week geleden was de dood van twee jongens de lont in het kruitvat. Voor de rellende jongelui is het geen vraag of de politie medeschuldig is. De opstandelingen richten hun woede daarom op de minister van Binnenlandse Zaken, Sarkozy. Die haalde zich hun ongenoegen op de hals door hen aan te duiden als geteisem dat stevig aangepakt moet worden.

Hoe heeft het zo ver kunnen komen? Het probleem van de Franse voorsteden is heel complex. Frankrijk telt, vooral door instroom van Noord-Afrikanen, binnen de EU de meeste moslims: bijna 9 procent van de bevolking. Dat is beduidend meer dan Nederland (6 procent) of Duitsland (4 procent). De migranten uit Marokko en Algerije vestigden zich vooral in de voorsteden van de grote Franse steden.

Die bestaan niet uit riante buitenwijken maar uit hokkerige hoogbouw. De vele levens die branden in Parijse flats enkele maanden geleden eisten, brachten pijnlijk aan het licht hoe slecht deze groepen gehuisvest zijn. Voeg daarbij de hoge werkloosheid onder deze jongeren, mede als gevolg van discriminatie, en alle ingrediënten voor onlusten zijn aanwezig.

Was de spierballentaal van Sarkozy wel verstandig? Communicatie is bij dit soort onlusten van cruciaal belang. Die les is al te vinden in het Oude Testament. Toen opstandige stammen koning Rehabeam vroegen om belastingverlaging, deed hij er juist een schepje bovenop: „Mijn vader heeft u met geselen gekastijd, maar ik zal u met schorpioenen kastijden.” Het advies om de opstand te bezweren door hen tegemoet te komen, sloeg hij in de wind.

De Franse regering is in het verleden duidelijk tekortgeschoten met maatregelen om de integratie in de voorsteden te bevorderen. Het is daarom nogal eenzijdig om met de vingers te wijzen naar jongeren die nu elke nacht honderden auto’s in brand steken. President Chirac moet niet alleen plannen aankondigen voor meer werkgelegenheid en onderwijs, maar ook erkennen dat hij daarmee veel eerder had moeten komen.

Zullen de rellen zich over de grenzen van Frankrijk heen verspreiden? Nederlandse probleemwijken zijn niet te vergelijken met de Parijse voorsteden. De forse rellen in Den Bosch dit voorjaar geven aan dat ook hier wijken zijn waar grote spanningen heersen. De les uit Frankrijk moet zijn dat voorkomen beter is dan genezen. Een goed spreidingsbeleid van allochtonen is daarbij van belang.

De Franse situatie laat ook zien hoe belangrijk het is dat ministers rond dit soort gevoelige thema’s met één mond spreken. Vertrouwen in de regering en haar plannen gaat verloren als het kabinet niet als eenheid krachtig stuur en richting geeft; niet alleen in het handhaven van de orde, maar vooral ook in het bieden van perspectieven aan minderbedeelden in de samenleving.

Meer over
Commentaar

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer