Leven in de illegale Turkse Republiek van Noord-Cyprus
NICOSIA - Zal de Turkse Republiek van Noord-Cyprus haar zilveren jubileum halen? Geleidelijk aan gaat men ook in Turks-Cypriotische kring steeds meer twijfelen aan de toekomst van deze ministaat. In 1983 werd de Turkse Republiek van Noord-Cyprus uitgeroepen. Diplomatieke erkenning kwam alleen van Turkije. De rest van de wereld negeerde de nieuwe republiek.
Grieks-Cyprioten spreken bij voorkeur over het bezette deel van Cyprus als ze de Turkse republiek bedoelen. En als ze regeringsleden van deze republiek willen aanduiden, hebben Grieks-Cypriotische kranten het over de zogenaamde minister van Buitenlandse Zaken of wordt het woord president tussen aanhalingstekens gezet.Ook hun islamitische broeders in de Arabische wereld en daarbuiten lieten de Turks-Cyprioten in de kou staan. Misschien heeft dat te maken met het feit dat ze het met hun geloof niet zo nauw nemen. „We zijn islamieten, maar we leven als atheïsten”, zo typeert de Turks-Cypriotische journalist Sami Özuslu zijn volksgenoten. Veel hoofddoekjes zie je niet op straat. Vrouwen en meisjes met een hoofddoek zijn vaak geen echte Cyprioten, maar afkomstig uit Anatolië. De Grieks-Cyprioten, die voor 95 procent het orthodoxe geloof aanhangen, zijn over het geheel genomen religieuzer dan de Turks-Cyprioten.
Wat stelt Turks-Cyprus voor? Het gaat om een gebied van ruim 3000 vierkante kilometer en daarmee altijd nog groter dan Luxemburg. Qua inwonertal blijft het daaronder. Met 215.000 inwoners (minder dan Zeeland) is het wel gebeurd. Het is dus allemaal erg kleinschalig.
Eigen postzegels geeft Turks-Cyprus wel uit, maar een eigen geldeenheid heeft men nooit gehad. Men maakt gebruik van Turks geld. Vandaar dat men de afgelopen jaren ook te lijden had onder de geweldige inflatie die de Turkse lira zijn waarde deed verliezen.
Onder de huidige bevolking van Turks-Cyprus zijn de echte Cyprioten (circa 90.000) inmiddels in de minderheid. De groep immigranten van het nabijgelegen Turkse vasteland is groter. En dan zijn er nog zo’n 35.000 Turkse militairen op het eiland gelegerd.
In de ogen van de Grieks-Cyprioten vormen niet alleen de Turkse militairen een illegale bezettingsmacht, maar zijn ook de migranten uit Anatolië illegaal. Het volkenrecht verbiedt immers een bezettende macht door massale emigratie of immigratie de bevolkingssamenstelling van een bezet gebied te wijzigen.
Vanouds was de bevolkingssamenstelling van Cyprus ongeveer 80 procent Grieken en 18 procent Turken. De Turkse invasie van 1974 bracht een hergroepering van de bevolking teweeg. Grieken werden verdreven naar het zuiden en de Turken trokken naar het noorden. In de jaren daarna emigreerden veel Turks-Cyprioten als gevolg van de economische stagnatie en de grote werkloosheid naar Groot-Brittannië, de vroegere koloniale mogendheid. Die bevolkingsverliezen werden gecompenseerd door emigranten uit het nabijgelegen Anatolië, waar de armoede nog groter was.
De positie van deze nieuwkomers is sindsdien een groot struikelblok bij allerlei besprekingen. Volgens veel Grieks-Cyprioten zouden ze allemaal terug moeten. Het aandeel van de Turkssprekende bevolkingsgroep op Cyprus zou dan meteen een stuk dalen. Maar inmiddels is er op het eiland een nieuwe generatie opgegroeid van kinderen van migranten. Turkse Cyprioten zijn gehuwd met van het vasteland afkomstige Turken.
Recent kwam de minister van Binnenlandse Zaken van Grieks-Cyprus zwaar onder vuur te liggen omdat zijn departement identiteitskaarten verstrekte aan Anatolische emigranten of kinderen van emigranten, die met een Turkse Cyprioot gehuwd waren. Betekende dat geen erkenning van hun aanwezigheid? Minister Andreas Christou verdedigde zich met het argument dat de rechtspositie van deze Turken niet anders is dan die van Russen, Duitsers of Grieken die met een Cyprioot trouwen.
Omdat de Griekse regering van Cyprus zichzelf beschouwt als de regering van het hele eiland, levert zij desgevraagd ook diensten aan Turkse Cyprioten. Die hebben daar belang bij. Op die manier gelden zij tegenwoordig als burgers van een lidstaat van de Europese Unie. De reisdocumenten van hun eigen republiek worden immers in het buitenland lang niet overal erkend.
Niet alle Turks-Cyprioten willen daarvan gebruikmaken. Zoals sommigen ook niet willen vliegen via de luchthavens Larnaca en Pafos op het Griekse deel van het eiland. Om naar het buitenland te gaan kunnen zij dan een Turkse paspoort aanvragen. Vanuit Turks-Cyprus zijn alleen maar vluchten naar Turkije mogelijk. Omgekeerd is het voor Grieks-Cyprioten voordeliger om vanuit Turks-Cyprus naar Istanbul te vliegen. Gemak en voordeel staan hier tegenover politieke striktheid.
Het ontbreken van directe vliegverbindingen tussen Turks-Cyprus en Europa betekende de afgelopen jaren een forse handicap voor het toerisme. De toeristenstroom richtte zich daardoor op Grieks-Cyprus of het Turkse vasteland. Ook als het gaat om handelsmogelijkheden ervaren de Turks-Cyprioten hun isolement steeds meer als een nadeel. Graag wil men net als Grieks-Cyprus genieten van de voordelen van de EU. In januari 2003 demonstreerden tienduizenden Turks-Cyprioten tegen hun onbuigzame president Denktash en voor toetreding tot de EU.
De interne discussie en ook de onderhandelingen op internationaal niveau gaan in feite om de voorwaarden waaronder de breuken van 1974 en 1983 geheeld kunnen worden. Een toekomstige Verenigde Republiek van Cyprus moet in de ogen van de Turks-Cyprioten eigenlijk niet meer zijn dan een confederatie.
voetnoot (u17(Dit is het vijfde deel in een serie artikelen over Cyprus.